Verzoekster werd ziek vanuit de WW met een ernstige aandoening waarvoor zij geopereerd moest worden. De verzuimbegeleiding door het UWV van zowel de verzekeringsarts, de medewerkster verzuimbeheer en de re-integratiebegeleider riep een groot aantal vragen en klachten op, die door het UWV niet tot verzoeksters tevredenheid werden opgelost. De klachtbehandeling en beantwoording van vragen door het UWV, riep zelfs telkens nieuwe vragen en klachten op. Van een uitnodiging van het UWV om over de klachten in gesprek te gaan, wilde verzoekster geen gebruik maken, omdat dit alleen maar tot meer onduidelijkheid zou kunnen leiden.
Verzoeksters voornaamste klacht was de onduidelijkheid over de taken en bevoegdheden van de medewerker verzuimbeheer en de re-integratiebegeleider. Volgens verzoekster stelden deze medewerkers vragen van medische aard en legden zij ook medische gegevens vast, terwijl zij daartoe niet bevoegd zijn. Verder voelde zij zich onheus bejegend door de verzekeringsarts , vond zij het antwoord van het UWV op haar melding om voortaan geluidopnamen te gaan maken van toekomstige gesprekken ondeugdelijk en klopte de verslaglegging van de verzekeringsarts niet.
De Nationale ombudsman vond dat het werkproces van het UWV nog onvoldoende waarborgen bood dat medische gegevens verzameld en vastgelegd worden door personeel dat daartoe bevoegd is. Ook het UWV was inmiddels tot die conclusie gekomen en liet weten dat er gewerkt wordt aan verbetering van het werkproces op dit punt. De Nationale ombudsman nam van dit laatste met instemming kennis, maar drong ook aan op voortvarende invoering van de noodzakelijke wijzigingen in het werkproces.
De klacht werd gegrond verklaard wegens strijd met het vereiste van goede organisatie.
-De klacht over de verslaglegging van medische rapportages is gegrond wegens strijd met het vereiste van goede informatieverstrekking.
- De klacht over de reactie op de melding audio opnamen te gaan maken is gegrond wegens strijd met het vereiste van transparantie.
- De klacht over de bejegening door de verzekeringsarts is gegrond wegens strijd met het vereiste van goede motivering.