2011/092: Man klaagt over onduidelijkheid en verschil in verrekening uitkeringen door UWV

Rapport

Oorspronkelijk diende verzoeker een klacht in over het uitblijven van een paar verrekeningen. Nadat deze alsnog waren verricht, deelde verzoeker het UWV mee niet akkoord te gaan met het resultaat van de verrekeningen (terugbetaling aan het UWV). Verzoeker diende een tegen berekening in (nabetaling door het UWV). Verder vroeg verzoeker het UWV om de door het UWV gehanteerde bedragen te specificeren. Aan de Nationale ombudsman vroeg verzoeker druk op het UWV uit te oefenen om snel uitsluitsel te geven.

Vanwege zijn financiële omstandigheden vroeg verzoeker tevens of de Nationale ombudsman het UWV kon vragen om een voorschot aan verzoeker over te laten maken. De Nationale ombudsman stuurde het verzoek door naar het UWV. De klachtenambassadeur verwees verzoeker naar het callcenter.

Tijdens het onderzoek bleek er een inhoudelijk geschil te bestaan tussen verzoeker en het UWV over onder meer het dagloon en de ingangsdatum van verzoekers ZW-uitkering. De afdeling Bezwaar en Beroep van het UWV ging in zijn beslissing op het bezwaarschrift van 12 oktober 2009 uit van 1 januari 2007. De afdeling ZW hield de datum van 1 mei 2007 aan.

De Nationale ombudsman oordeelde de klacht gegrond:

ten aanzien van de verrekeningen wegens schending van het vereiste van voortvarendheid;

ten aanzien van de ingangsdatum van de ZW-uitkering wegens strijd met het vereiste van rechtszekerheid en

ten aanzien van de behandeling van het verzoek om een voorschot wegens schending van het vereiste van correcte bejegening.

Aanbeveling: alsnog uitvoering geven aan de beslissing van 12 oktober 2009.

Instantie: UWV Rijswijk

Klacht:

verrekeningen ondanks een belofte nog niet uitgevoerd

Oordeel:

Gegrond

Instantie: UWV Rijswijk

Klacht:

ingangsdatum ZW-uitkering

Oordeel:

Gegrond

Instantie: UWV Rijswijk

Klacht:

behandeling van het verzoek om een voorschot

Oordeel:

Gegrond