De zorgverzekeraar van de heer Z., (een werknemer van verzoeker) meldde de heer Z. in 2011 aan als wanbetaler bij het Zorginstituut Nederland, omdat de heer Z. zijn zorgverzekeringpremie niet had betaald. Het Zorginstituut paste geen broninhouding toe. Het CJIB stuurde de werknemer acceptgiro's. Omdat de werknemer stopt met betalen, zet het CJIB een deurwaarder in, die bij de werkgever loonbeslag legt.
Door het loonbeslag kwam de werkgever erachter dat hij veel eerder de premie op het salaris had moeten inhouden. De werkgever zorgde ervoor dat het loonbeslag werd opgeheven en hield de premie alsnog in van het salaris. Ook vroeg de werkgever aan het Zorginstituut om de fout te corrigeren. Dat kon het Zorginstituut niet, omdat in het systeem maar één keer dit kan worden veranderd, en er al een mutatie was aangebracht.
De Nationale ombudsman geeft in dit onderzoek aan dat het Zorginstituut geen broninhouding heeft toegepast, omdat bij een controle in 2013 niet werd ontdekt dat dat had gemoeten, als gevolg van een mutatie in het systeem. Deze mutatie heeft tegelijk veroorzaakt dat het systeem daarna niet meer kan worden gewijzigd.
Hiermee kan de administratieve organisatie onvoldoende inspelen op de bijzondere situaties die zich in de praktijk nu eenmaal voordoen. Gebleken is dat dit systeem in dit geval onvoldoende ruimte heeft geboden voor een oplossing of preventie. Daarom vindt de Nationale ombudsman het niet behoorlijk dat het Zorginstituut niet alsnog broninhouding kon toepassen, en daarmee geen oplossing kon bieden die voor de werkgever acceptabel was.