Verzoeker vroeg de gemeente om een andere contactpersoon, nadat hij in verschillende brieven zijn ongenoegen over zijn contactpersoon had geuit (hieruit bleek dat naar zijn mening dat de verhouding tussen hem en de contactpersoon verstoord is). De gemeente wees het verzoek af, maar de reden daarvoor werd niet duidelijk. De gemeente werd gevraagd om een andere contactpersoon toe te wijzen en om, mocht dat niet het geval zijn, de afwijzing nader te motiveren.
De gemeente gaf aan slechts in zeer uitzonderlijke gevallen over te gaan tot toewijzing van een andere contactpersoon en alleen als de persoonlijke verhoudingen haar belemmeren haar taak uit te voeren. Zij erkende dat in dit geval de verhoudingen waren verstoord, maar wees geen nieuwe contactpersoon toe gezien de verwachting dat ook in de verhouding tussen verzoeker en die contactpersoon frictie zou ontstaan. Die verwachting baseerde zij op ervaringen van de huidige contactpersoon en op ervaringen van instanties in de regio.
Verzoeker klaagt erover dat het college van burgemeester en wethouders van Zandvoort zijn verzoek om een andere contactpersoon bij de sociale dienst heeft afgewezen.
De Nationale ombudsman overwoog dat gemeente en bijstandsgerechtigde belang hebben bij een goede, werkzame relatie tussen bijstandsgerechtigde en dienst contactpersoon en dat bij de beoordeling van een verzoek om een andere contactpersoon een belangenafweging dient plaats te vinden nadat alle relevante feiten en omstandigheden zijn achterhaald en vertaald in belangen. In het rapport gaf de Nationale ombudsman aan welke verschillende omstandigheden bij die beoordeling relevant kunnen zijn.
In casu was de gemeente, gezien de genoemde verwachting, van mening dat de persoon van verzoeker de oorzaak was van de verstoorde verhouding. Een dergelijke verwachting achtte de Nationale ombudsman niet gerechtvaardigd, aangezien die gebaseerd is op alleen de ervaringen van één persoon binnen de gemeente en verder op ervaringen die niet zijn gebaseerd op eigen waarneming van de gemeente. Daarbij werd erop gewezen dat er, waar het gaat om contacten tussen twee personen, sprake is van een wisselwerking tussen individuen en de ervaringen van de huidige contactpersoon niet per definitie iets zeggen over ervaringen die een andere contactpersoon met verzoeker zou hebben.
Er was sprake van strijd met het redelijkheidsvereiste.
De gemeente werd in overweging gegeven het verzoek om een nieuwe contactpersoon opnieuw te beoordelen met inachtneming van de overwegingen uit het rapport.
