2005/043

Rapport

In het kader van de invordering van een belastingschuld van de partner van verzoeker legde de Belastingdienst beslag op een trekker. Na de executoriale verkoop claimde verzoeker de eigendom van de trekker. De partner van verzoeker had verzoeker en/of zijn bewindvoerder vóór de executoriale verkoop niet in kennis gesteld van het op de trekker gelegde beslag.

Verzoeker klaagde erover dat de Belastingdienst hem slechts de executieopbrengst van € 200 als schadevergoeding had aangeboden, terwijl zijn trekker volgens hem een waarde vertegenwoordigde van € 4.000.

De Nationale ombudsman overwoog dat nu hem was gebleken dat de Belastingdienst rechtmatig beslag op de trekker had gelegd, de partner had nagelaten de schade voor met name verzoeker te beperken, niet kon worden gezegd dat de Belastingdienst niet in redelijkheid had kunnen komen tot zijn beslissing om verzoeker geen vergoeding hoger dan € 200 toe te kennen. Derhalve handelde de belastingdienst niet in strijd met het redelijkheidsvereiste.

De Nationale ombudsman oordeelde dat de onderzochte gedraging behoorlijk was.

Instantie: Belastingdienst/Noord/kantoor Groningen

Klacht:

Ten laste van mevrouw X een trekker verkocht, terwijl deze eigendom was van verzoeker: slechts € 200 schadevergoeding geboden indien verzoeker eigendomsrechten zou aantonen.

Oordeel:

Niet gegrond