Klacht over de klachtencommissie terecht?

Brief

Een man treedt op als vertrouwenspersoon in de jeugdzorg. Hij is ontevreden over de samenstelling en werkwijze van de onafhankelijke klachtencommissie van de gecertificeerde instelling (G.I.). Hij klaagt daar over bij de directeur van de G.I.. De directeur weigert in te grijpen en laat ook weten waarom zij dit niet doet. De man klaagt vervolgens bij de klachtencommissie over dit niet ingrijpen door de directeur. Maar de klachtencommissie verklaart de klacht niet-ontvankelijk omdat deze naar haar mening over de klachtencommissie zelf gaat. De man is het hier niet mee eens en vraagt de Nationale ombudsman om een oordeel.

De Nationale ombudsman heeft de klacht van de vertrouwenspersoon getoetst aan het beginsel van behoorlijke motivering. En verklaart de klacht ongegrond. De directeur heeft de weigering om in te grijpen bij de klachtencommissie voldoende toegelicht.