Verzoeker klaagt er over dat de gemeente Maarssen de tijdelijke verplaatsing van een aanbiedplaats voor vuilcontainers niet definitief heeft gemaakt, terwijl de bezwaren tegen de oorspronkelijke aanbiedplaats niet zijn weggenomen.
Verzoeker stelde voor de huidige aanbiedplaats 15 meter te verplaatsen. Op de nieuwe plek was meer ruimte en bovendien was er tegenover deze plek al jaren een vergelijkbare aanbiedplaats. Na bezwaren van andere bewoners tegen het voorstel nam de wijkbeheerder het standpunt in dat een alternatief pas echt haalbaar is, als alle bewoners daarmee instemmen. Besloten werd voor een proefperiode van drie maanden de aanbiedplaats te verplaatsen.
Na deze periode besloot het college van burgemeester en wethouders de aanbiedplaats niet definitief te verplaatsen. Er was een viertal reacties van bewoners binnengekomen, welke vooral betrekking hebben op het blokkeren van het voetpad en de voetgangersoversteek voor schoolgaande kinderen en kinderwagens en het slechte zicht voor automobilisten. Verzoeker achtte deze argumenten niet steekhoudend, omdat er ook op de huidige locatie sprake was van een gevaarlijke situatie voor voetgangers en het argument van slecht zicht voor automobilisten ook geldt voor de tegenover de nieuwe plek al jaren bestaande aanbiedplaats.
De Nationale ombudsman overwoog dat gemeenten bij beslissingen als deze een ruime beleidsvrijheid hebben die door de Nationale ombudsman dient te worden gerespecteerd. De situering van aanbiedplaatsen levert regelmatig klachten op over de overlast die dit met zich meebrengt. Van de gemeente mag worden verwacht dat zij locaties aanwijst die zo weinig mogelijk overlast met zich meebrengt, maar het is een gegeven dat eenmaal gekozen locaties door diegenen die daar direct bij in de buurt wonen anders worden gewaardeerd dan door bewoners die een dergelijke locatie niet in de nabijheid van hun woning hebben. De verplaatsing van een aanbiedplaats dient dan ook zorgvuldig te worden voorbereid.
De opmerking van de wijkbeheerder dat een alternatief pas echt haalbaar is, als alle bewoners daarmee instemmen is begrijpelijk, maar naar het oordeel van de Nationale ombudsman had in het onderhavige geval een discussie wellicht ook voorkomen kunnen worden als eerder gerealiseerd was dat verplaatsing van de locatie ook problemen met de verkeersveiligheid met zich mee had gebracht.
De Nationale ombudsman constateerde dat zowel op de oude als op de nieuwe locaties er sprake is van belemmering van het trottoir. Doorslaggevend voor het college is geweest dat er bij de nieuwe locatie sprake is van een voetgangersoversteek voor schoolgaande kinderen en het zicht op van rechts komend autoverkeer afneemt. De Nationale ombudsman oordeelde dat het college in zijn afweging heeft gehandeld in overeenstemming met het redelijkheidsvereiste.
