Verzoekster, Zorgen BV, klaagt over de wijze waarop de directeur Belastingen van de Belastingdienst haar beroep tegen de beslissing op haar verzoek om uitstel heeft afgehandeld. In de kern ziet de klacht er op dat de directeur in zijn beslissing verzoeksters zaak met die van een andere belastingschuldige (mevrouw Bloemen) heeft verweven waardoor een vertekend beeld ontstaat. De Nationale ombudsman vindt dat de directeur in redelijkheid kon beslissen om de beslissingen op de beroepschriften van verzoekster en mevrouw Bloemen in één brief gezamenlijk af te handelen.
Wel vindt de Nationale ombudsman dat in principe voor beide belastingschuldigen afzonderlijk een beslissing moet volgen met daarin voor elk van hen een duidelijke motivering daarvan. Maar in elk geval dat iedere belastingschuldige uit de beslissing duidelijk kan opmaken waarop voor hem of haar de beslissing is gegrond. Daaraan ontbreekt het volgens de Nationale ombudsman in dit geval. Daarmee schiet naar het oordeel van de Nationale ombudsman de motivering van de beslissing op het beroep van verzoekster, maar ook voor mevrouw Bloemen, tekort. De Nationale ombudsman verbindt aan dit oordeel de aanbeveling om de beslissing te heroverwegen in die zin dat voor verzoekster (en mevrouw Bloemen) een afzonderlijke beoordeling en beslissing wordt genomen.