2017/036 Officier van justitie heeft behandeling valse aangifte niet getraineerd

Rapport

Tussen verzoeker en zijn ex-echtgenote bestaat onenigheid over het gezag en de omgang met betrekking tot hun kind T. Verzoeker en zijn ex-echtgenote hebben bij de politie diverse aangiften tegen elkaar gedaan. Deze aangiften worden ingebracht in de civiele procedures over de omgang en het gezag. Op een gegeven moment deed verzoekers ex-echtgenote tegen verzoeker aangifte van het vervaardigen van kinderporno en seksueel misbruik van hun destijds drie jaar oude kind T. Naar aanleiding van deze en andere aangiften deed verzoeker tegen zijn ex-echtgenote aangifte van smaad/laster en gaf hij aan dat ze een valse aangifte had gedaan.

Verzoeker klaagde erover dat de zaaksofficier van justitie van het arrondissementsparket Den Haag de afhandeling van zijn aangifte van het doen van valse aangifte willens en wetens had getraineerd.

De Nationale ombudsman achtte elementen van de klacht over de vertraging van de behandeling van de aangifte deels gegrond. Alles in onderlinge samenhang beschouwd, kwam de Nationale ombudsman echter tot de conclusie dat de zaaksofficier van justitie de afhandeling van verzoekers aangifte van het doen van valse aangifte niet willens en wetens had getraineerd. De Nationale ombudsman was daarom van oordeel dat de zaaksofficier van justitie het vereiste van integriteit niet had geschonden.

Instantie: Minister van Veiligheid en Justitie

Klacht:

niet nakomen van de toezeggingen over de afdoening

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Minister van Veiligheid en Justitie

Klacht:

lange tijd niets doen met de aangifte van valse aangifte

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Minister van Veiligheid en Justitie

Klacht:

de weergave van de strafbare feiten in het ambtsbericht

Oordeel:

Niet gegrond

Instantie: Minister van Veiligheid en Justitie

Klacht:

het geven van dezelfde reactie op brieven

Oordeel:

Niet gegrond

Instantie: Minister van Veiligheid en Justitie

Klacht:

het willens en wetens traineren van de afhandeling van de aangifte van het doen van valse aangifte

Oordeel:

Niet gegrond