2014/075 Politie gebruikt onnodig geweld maar conflict escaleert door opstelling vrouw

Rapport

Verzoekster had een discussie met een medewerkster van een drogisterij. Deze medewerkster zei dat verzoekster en haar zoon de winkel moesten verlaten.Omdat zij de winkel niet wilden verlaten, werd de politie gebeld. De politieambtenaren besloten om het gesprek met verzoekster buiten de winkel te voeren omdat de ingang werd versperd voor het winkelend publiek. Verzoekster weigerde echter naar buiten te gaan en wilde het legitimatiebewijs van de beide politieambtenaren zien omdat ze hun naam met een pen wilde noteren. Omdat verzoekster niet naar buiten ging, lieten de politieambtenaren haar weten dat, als zij niet zelf naar buiten zou gaan, zij haar zouden aanhouden en haar desnoods met geweld naar buiten zouden brengen. Verzoekster weigerde waarop zij werd aangehouden. Verzoekster weigerde haar pen los te laten. Na een waarschuwing werd verzoekster middels een 'nekklem' gedwongen om de pen los te laten. Verzoekster werkte niet mee aan de vordering om de winkel te verlaten en werd naar buiten gebracht en even later geboeid overgebracht naar het politiebureau.

Verzoekster klaagde erover dat er bij haar een neklem was toegepast.

De Nationale ombudsman was van oordeel dat de politie verzoeksters recht op onaantastbaarheid van haar lichaam onvoldoende had gerespecteerd. Naar het oordeel van de Nationale ombudsman was het namelijk niet noodzakelijk om direct al een 'nekklem' aan te leggen, ook al zou de betrokken politieambtenaar niet - zoals deze had gesteld - op verzoeksters nek of keel hebben gedrukt. Het had in dit geval in de rede gelegen om eerst te proberen om de pen op een andere en minder ingrijpende wijze uit verzoeksters handen te halen, bijvoorbeeld door de hand van verzoekster stevig vast te pakken en naar binnen of buiten te draaien. Er was immers op dat moment geen sprake van een acuut gevaar voor de veiligheid van verzoekster, de betrokken politieambtenaren of derden. Mocht dat geen soelaas bieden, dan had er alsnog gekozen kunnen worden voor een meer ingrijpend middel, zoals het aanleggen van de 'nekklem' op de wijze zoals door de politieambtenaar was verricht, namelijk zonder op de nek of keel te drukken.

Verzoeksters klacht over de weigering van de politieambtenaren om zich desgevraagd te legitimeren en haar klacht dat ze geboeid werd, werden gegrond geacht.

Instantie: Regionale politie-eenheid Noord-Holland

Klacht:

geweigerd om zich te legitimeren aan verzoekster

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Regionale politie-eenheid Noord-Holland

Klacht:

fysiek geweld toegepast, zoals het aanleggen van een nekklem

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Regionale politie-eenheid Noord-Holland

Klacht:

handboeien aangelegd bij verzoekster

Oordeel:

Gegrond