Een rechter had een machtiging afgegeven om verzoekster gedwongen te laten opnemen in een psychiatrisch ziekenhuis. Een medewerkster van deze instelling had de hulp van de politie ingeroepen om verzoekster op te halen op 17 oktober 2008.
Verzoekster klaagde erover dat de politie op 17 oktober 2008 haar woning is binnengetreden door de voordeur te forceren.
De Nationale ombudsman achtte het niet aannemelijk dat de politie over een schriftelijke machtiging tot binnentreden beschikte voor het betreden van verzoeksters woning. Verder overwoog hij dat er onvoldoende aanknopingspunten waren om te oordelen dat sprake was van een noodsituatie waardoor deze machtiging niet kon worden afgewacht. Door verzoeksters woning binnen te treden zonder de daarvoor benodigde schriftelijke machtiging, had de politie het huisrecht van verzoekster onvoldoende gerespecteerd, aldus de Nationale ombudsman. De politie had dan ook het vereiste dat grondrechten voldoende dienen te worden gerespecteerd, geschonden.
De Nationale ombudsman achtte de onderzochte gedraging in zoverre niet behoorlijk.
Overig klachtonderdeel:
- niet tegemoet komen verzoekster in verband met verdwijnen van spullen uit haar woning (aanbeveling Nationale ombudsman om beslissing op schadeclaim te heroverwegen).