Verzoeker was aangehouden wegens winkeldiefstal en werd ingesloten in het cellencomplex te Houten. Verzoeker stelde dat hij 's avonds zijn been aan de toiletpot heeft gestoten, waardoor een wond is ontstaan die behoorlijk ging bloeden.
Verzoeker klaagde erover dat de arrestantenverzorgers hem adequate medische verzorging hebben onthouden door te weigeren direct een arts in te schakelen en slechts via de intercom met hem te communiceren.
Niet was vast komen te staan of verzoeker om een arts had verzocht en zo ja, wanneer hij dat had gedaan. Wel was vast komen te staan dat verzoeker een forse beenwond had en dat deze niet meer te hechten was toen hij de volgende dag door een arts is gezien. Ook was vast komen te staan dat de politie de volgende dag had geconstateerd dat verzoeker zijn cel met bloed had besmeurd. De Nationale ombudsman oordeelde dat de politie op dat moment had moeten nagaan hoe het heeft kunnen gebeuren dat verzoeker zo lang met een open wond op cel heeft gezeten en dat de politie de uitkomsten hiervan had moeten registreren.
Door een onzorgvuldige registratie en het niet nagaan wat er 's nachts is gebeurd, is het vereiste van bijzondere zorg geschonden.
Verzoeker klaagde er tevens over dat hij in HKS geregistreerd stond als HIV-positief. Deze klacht was gegrond.