Ruim negen maanden na datum zocht een AID-er telefonisch contact met een schipper om hem te horen over de invulling van zijn logboek over de visvangst toentertijd.
Verzoekster klaagde over het telefoongesprek dat de AID-er van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit met haar man, de schipper voerde. Ook onderzocht de Nationale ombudsman uit eigen beweging het feitenonderzoek waarop de AID de beoordeling van verzoeksters klacht baseerde.
Nu de controle door de AID van een vangst negen maanden eerder door toedoen van de AID zo lang was blijven liggen, had de medewerker van de AID daar in zijn wijze van optreden rekening mee moeten houden. In dat kader was het niet juist dat de AID-er de schipper om zes uur 's ochtends onaangekondigd daarmee confronteerde daarmee. Het onderzoek inzake de klachtafdoening was onvoldoende, nu niet was nagegaan wat er volgens de schipper precies was gezegd gedurende het telefoongesprek.
Strijd met het vereiste van professionaliteit
Strijd met het vereiste van actieve en adequate informatieverwerving