2008/209

Rapport

Verzoeker had met zijn hond gewandeld en zag een bestuurder van een tractor een veel gepleegd en gevaarlijke verkeersovertreding begaan. Politieambtenaar X was in de buurt aanwezig en met een burger in gesprek. Verzoeker attendeerde X op deze overtreding, waarna een discussie ontstond die volledig escaleerde.

Verzoeker klaagde erover dat hij door de politie is aangehouden wegens mishandeling en belediging van een politieambtenaar, bij welke aanhouding vijf politievoertuigen en twee motorvoertuigen zijn ingezet.

De Nationale ombudsman kon het zich voorstellen dat zowel verzoeker als X een bijdrage hebben gehad in het doen ontstaan van de escalatie. Verzoeker had met zijn gedrag grenzen overschreden. Om hem aan te kunnen houden, moest er echter wel sprake zijn van een verdenking van een strafbaar feit. Nu er van lichaamspijn niet zozeer sprake was, had de politie verzoeker niet mogen aanhouden wegens mishandeling.

De politie heeft gehandeld in strijd met het verbod van onrechtmatige vrijheidsbeneming.

Ten aanzien van de politie-inzet oordeelde de Nationale ombudsman dat het gelet op de aard van de melding voorstelbaar was dat de meldkamer drie eenheden ter plaatse had gestuurd. Twee andere eenheden waren kennelijk uit zichzelf ter plaatse gegaan. Op het moment dat duidelijk werd dat er meer politie aanwezig was dan noodzakelijk, hadden de overbodige eenheden hun weg weer moeten vervolgen.

De politie heeft gehandeld in strijd met het evenredigheidsvereiste.

Verzoeker klaagde er voorts over dat X tegen hem had gezegd dat hij zin had om verzoeker in elkaar te slaan (geen oordeel).

Verder klaagde verzoeker erover dat zijn hond gedurende zijn verblijf op het politiebureau was vastgebonden aan een fietsenrek (gegrond).

Ook klaagde verzoeker erover dat de politie had geweigerd zijn aangifte op te nemen (klacht mist feitelijke grondslag).

Tenslotte klaagde verzoeker erover dat de behandeling van zijn klacht door slechts twee leden van de klachtencommissie had plaatsgevonden in plaats van drie (niet gegrond).

Instantie: Klachtencommissie bij het regionale politiekorps Noord-Holland Noord

Klacht:

Behandeling klacht door slechts twee leden van de klachtencommissie plaatsgevonden, in plaats van drie, doordat één van de leden zich had teruggetrokken.

Oordeel:

Niet gegrond

Instantie: Regiopolitie Noord-Holland Noord

Klacht:

Wegens mishandeling en belediging aangehouden waarbij vijf politievoertuigen en twee motorvoertuigen waren ingezet; verzoekers hond gedurende verblijf op politiebureau vastgebonden aan fietsenrek.

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Regiopolitie Noord-Holland Noord

Klacht:

Geweigerd aangifte op te nemen.

Oordeel:

Niet gegrond

Instantie: Regiopolitie Noord-Holland Noord

Klacht:

Door politieambtenaar tegen verzoeker gezegd dat hij zin had verzoeker in elkaar te slaan.

Oordeel:

Geen oordeel