In 1997 is een bouwvergunning afgegeven voor de uitbreiding van het direct naast de woning van verzoekers gelegen pand. Deze vergunning is later door de bestuursrechter vernietigd. Diverse pogingen tot legalisatie zijn vruchteloos gebleken, zodat de reeds lang gerealiseerde uitbreiding nog steeds onrechtmatig is. Verzoekers klagen er over dat de gemeente Maasgouw onvoldoende oog heeft voor hun belangen door zich uitsluitend in te zetten voor legalisatie van het pand.
De Nationale ombudsman overwoog dat het standpunt van het college van burgemeester en wethouders dat er, op basis van een nieuw besluit van het college van gedeputeerde staten van 12 juni 2007, thans wel vrijstelling kan worden verleend en tot legalisatie kan worden overgegaan, op zich juist is maar onverlet laat dat verzoekers al tien jaar aan het procederen zijn. Het resultaat van deze procedures is geweest dat de gemeente steeds is teruggefloten, maar er feitelijk niets is veranderd. Deze handelwijze achtte de Nationale ombudsman in strijd met het vereiste van rechtszekerheid.
Ook het feit dat thans wellicht vrijstelling kan worden verleend, maar het college de eigenaar nog niet heeft aangeschreven bouwvergunning aan te vragen achtte de Nationale ombudsman in strijd met dit vereiste.
De Nationale ombudsman heeft het college in overweging gegeven om verzoekers op korte termijn tijdens een gesprek duidelijkheid te verschaffen over de start van de vrijstellingsprocedure en aan verzoekers een redelijk voorstel te doen ter compensatie van het leed en de schade die zij hebben geleden.