Verzoeker organiseerde jarenlang een nationaal driedaags evenement in de gemeente Nijmegen. In verband daarmee is hem tot en met 2004 jaarlijks een aanslag precariobelasting van ca € 800 opgelegd. Na een wijziging van de belastingverordening voor 2005 bedroeg de aanslag voor 2005 € 35.000. Die aanslag is na een latere aanpassing van de verordening met terugwerkende kracht ambtshalve verminderd tot € 14.900.
Verzoeker klaagt erover, dat de gemeente hem in verband met de organisatie van het evenement van 2005 niet tijdig heeft geïnformeerd over de tariefswijziging.
De Nationale ombudsman overwoog onder meer, dat een tariefsverhoging als deze rechtmatig is en berust op de bevoegdheid van de gemeenteraad om dergelijke politieke keuzes te maken. Het probleem schuilt hier in de wijze waarop de gemeente met een maatschappelijke partij zoals verzoeker is omgegaan. Wijzigingen in een belastingverordening worden formeel bekend gemaakt en eenieder wordt geacht de wet te kennen. Maar juist in het geval van verzoekster, waarin een jarenlange relatie werd onderhouden via een gedegen overleg met de gemeente, had de gemeente verzoekster er actief over moeten informeren dat de precariobelasting van het ene op het andere jaar wel 4300% werd verhoogd. En het is een onderdeel van de professionele dienstverlening door de gemeente om ervoor te zorgen dat ambtenaren die met maatschappelijke partijen overleggen - zoals in dit geval met verzoeker is gebeurd in verband met het door hem georganiseerde evenement - bekend zijn met voor die partijen belangrijke informatie over tariefswijzigingen.
De Nationale ombudsman oordeelde de klacht gegrond wegens strijd met het vereiste van adequate en actieve informatieverstrekking.
Het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen is in overweging gegeven om een beslissing te nemen die recht doet aan de omstandigheden van dit geval.