2007/097

Rapport

Verzoekster ondervond overlast van geparkeerde auto's voor haar woning. Met name voor een bezoekster in een rolstoel was het moeilijk verzoeksters woning in en uit te gaan. Verzoekster bracht het door haar geconstateerde probleem een aantal malen onder de aandacht van de politie, zo ook op 7 juli 2004.

Verzoekster klaagde erover dat zij op 7 juli 2004 lang heeft moeten wachten voordat de politie ter plaatse kwam en optrad. Pas nadat zij diverse keren had gebeld en na verloop van ongeveer drie uur reageerde de politie op haar melding.

De Nationale ombudsman overwoog onder meer het volgende. Een snelle politiereactietijd is om een aantal redenen van belang. Door een snelle reactie kunnen ongelukken en escalaties worden voorkomen. Ook zal een snelle reactie de kans op succesvolle opsporing - wanneer zulks aan de orde is - kunnen vergroten. De reactie­tijd van de politie is niet wettelijk geregeld.

De politieambtenaren die op die avond als eerste ter plaatse kwamen constateerden dat de doorgang op de stoep breed genoeg was om met een rolstoel langs een daar geparkeerde auto te kunnen lopen. De politieambtenaren ondernamen geen actie, mede met het oog op het behouden van voldoende ruimte op de rijbaan. Volgens de Nationale ombudsman was er mogelijk sprake geweest van een miscommunicatie: een rolstoel moest de draai kunnen maken vanuit het tuinpad de stoep op. Verzoekster had dit bij haar eerste melding die avond niet expliciet doorgegeven. Van de politie­ambtenaren hoefde onder die omstandigheden niet in redelijkheid te worden verwacht dat zij verdergaande maatregelen namen. Wel was het juister geweest als de politie door bij verzoekster aan te bellen kenbaar had gemaakt aandacht aan haar melding te hebben besteed.

Later die avond had verzoekster opnieuw naar de politie gebeld. Een surveillance-eenheid ging ter plaatse, maar werd weggeroepen in verband met een meer spoedeisende melding. Dat de politie aan die nieuwe melding prioriteit gaf, gaf evenmin reden voor kritiek. De politie had het vereiste van voortvarendheid voldoende in acht genomen.

De Nationale ombudsman achtte de onderzochte gedraging "behoorlijk".

Verder: klacht over bejegening; klacht over onvoldoende daadkrachtige aanpak

Instantie: Regiopolitie Limburg Zuid

Klacht:

Na telefonische melding over geparkeerde auto bij verzoekers woning die toegangspad tot woning blokkeerde: lang gewacht voordat politie ter plaatse kwam en optrad; parkeerprobleem in straat niet aangepakt.

Oordeel:

Niet gegrond

Instantie: Regiopolitie Limburg Zuid

Klacht:

Verzoeksters vriend onheus bejegend.

Oordeel:

Geen oordeel