2005/304

Rapport

Verzoeker is eigenaar van een woonhuis waarvoor de gemeente hem een aanslag gemeentelijke belastingen over 2004 had opgelegd. In zijn verzoek om kwijtschelding van deze aanslag deelde hij mee, dat hij een schuld had aan de hypotheeknemer en dat hij alleen rente afloste. Verder deelde hij mee, dat hij van enkele personen geld had geleend voor de aflossing op de hypotheek en de betaling van rente, alsmede dat hij die schuldeisers niet afloste. De gemeente wees het verzoek om kwijtschelding af, omdat verzoeker aflossingen deed aan andere schuldeisers, zoals volgens de gemeente bleek uit verzoekers mededeling dat hij geld had geleend om zijn hypotheekschuld te kunnen aflossen.

Verzoeker klaagde erover, dat het college van burgemeester en wethouders zijn verzoek om kwijtschelding had afgewezen.

De Nationale ombudsman overwoog, dat ingevolge de Leidraad Invordering 1990 bij de berekening van het besteedbaar inkomen geen rekening wordt gehouden met de aflossing aan andere crediteuren, gelet op het uitgangspunt dat bij het opeisen van een preferente belastingschuld niet behoeft te worden teruggetreden in het voordeel van andere crediteuren. Die aflossingen kunnen echter wel van invloed zijn op de vraag of al dan niet kwijtschelding moet worden verleend. In het geval dat er geen of slechts een gedeeltelijke betalingscapaciteit is en de aflossing aan andere crediteuren niet meer dan € 136 per maand, kan in beginsel kwijtschelding worden verleend. Uit het verzoek om kwijtschelding kon weliswaar worden opgemaakt dat verzoeker van diverse personen geld had geleend, maar hij had ook aangegeven dat hij niets afloste. Uit de mededeling van verzoeker dat hij van diverse personen geld had geleend volgde niet zonder meer, dat hij de geleende bedragen ook had aangewend voor betalingen aan zijn hypotheeknemer, laat staan voor aflossingen in 2004 en evenmin dat hij aflossingen aan andere schuldeisers deed. Met betrekking tot verzoekers mededeling dat hij geen aflossingen deed was geen onderzoek gedaan en niet vastgesteld of dat juist was, en evenmin of die eventuele aflossingen in de weg konden staan aan het verlenen van kwijtschelding.

Het besluit van het college om in dit geval geen kwijtschelding te verlenen vond derhalve onvoldoende steun in de daaraan ten grondslag liggende feiten en omstandigheden. Daarmee handelde het college in strijd met het motiveringsvereiste.

Het college werd in overweging gegeven om alsnog een onderzoek te doen naar verzoekers mededeling dat hij geen aflossingen deed, en het besluit tot afwijzing van het kwijtscheldingsverzoek te heroverwegen.

Instantie: Gemeente Veendam

Klacht:

Verzoekers beroep tegen de beslissing om hem geen kwijtschelding te verlenen van de aanslagen gemeentelijke belastingen afgewezen.

Oordeel:

Gegrond