CJIB had vader moeten laten weten dat zoon meer schulden had

Brief

Een man neemt telefonisch contact op met het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) om een betalingsregeling te treffen voor zijn zoon. Zijn zoon heeft namelijk een schuld bij het CJIB die hij vanwege omstandigheden niet zelf kan voldoen. Het CJIB gaat akkoord. De man denkt hiermee het probleem te hebben opgelost. 

Enige tijd later wordt hij toch gebeld door de politie met de boodschap dat de zoon snel een andere schuld aan het CJIB moet gaan betalen. Anders zal hij worden gegijzeld. De man betaalt snel, maar hij is erg boos op het CJIB. Als het CJIB hem toentertijd had laten weten dat er nog een schuld was, had hij daar ook een regeling voor getroffen. 

Hij stuurt een brief naar een CJIB. Hij krijgt weliswaar antwoord met daarin een uitleg over de situatie, maar hij is niet tevreden. Hij vindt dat hij had moeten worden ingelicht over de andere schuld. Hij neemt contact op met de Nationale ombudsman. 

Naar aanleiding van de klacht van de man heeft de Nationale ombudsman het CJIB gevraagd of het vindt dat een vertegenwoordiger op de hoogte gesteld moet worden van álle schulden die de vertegenwoordigde heeft.  En of er protocollen zijn en of het CJIB zich aan deze protocollen heeft gehouden. 

Het CJIB antwoordt dat de man tijdens het telefoongesprek inderdaad niet op de hoogte is gesteld, hoewel dat volgens het beleid wel had gemoeten. Waarom het fout is gegaan, valt niet meer te achterhalen. 

De Nationale ombudsman verklaart de klacht gegrond.