Gemeente had geen oordeel moeten geven over klacht

Brief

Een man ontvangt een bijstandsuitkering. De gemeente nodigt de man uit voor een gesprek over zijn uitkering. Bij dit gesprek waren twee medewerkers van de gemeente aanwezig.

De man vindt het een vervelend gesprek. Ook vindt hij de toon van het gesprek niet prettig. De man heeft daarom een klacht bij de gemeente ingediend.

De gemeente heeft de klacht in behandeling genomen en verder onderzoek gedaan. De man heeft zijn klacht toegelicht en de twee medewerkers van de gemeente zijn gehoord. De Nationale ombudsman vindt dat de gemeente de klacht van de man serieus heeft behandeld.

De man heeft het gesprek op een andere manier ervaren dan de medewerkers. Er werd geen geluidsopname van het gesprek gemaakt. Er is daarom achteraf niet vast te stellen wat er precies is gezegd tijdens het gesprek. De gemeente komt tot de conclusie dat de klacht ongegrond is. De Nationale ombudsman is het daar niet mee eens.

De Nationale ombudsman heeft in eerdere brieven en rapporten aangegeven dat, wanneer niet meer vast te stellen is wat er precies is gebeurd, er geen oordeel kan worden gegeven in de vorm van een gegrond- of ongegrondverklaring. De Nationale ombudsman vindt daarom dat de gemeente geen oordeel had moeten geven over deze klacht.