Een vrouw dient een klacht in bij de Nationale ombudsman omdat zij de belastingaanslag niet kan betalen. Ze heeft het GBLT gevraagd om te besluiten dat zij daarom niet hoeft te betalen (kwijtschelden). Het GBLT wilde dit niet. De vrouw vindt dat het GBLT, bij het vaststellen van het bedrag dat zij per jaar kan missen, rekening had moeten houden met de daling van haar inkomen. Ze is ziek geworden en hierdoor heeft ze haar baan verloren.
De Nationale ombudsman is het eens met het GBLT dat de vrouw genoeg geld per jaar kan missen om de aanslag te betalen. Voor de berekening hiervan wordt uitgegaan van de situatie op het moment dat de vrouw het verzoek om kwijtschelding deed. In de maand dat de vrouw om kwijtschelding vroeg, had zij nog een baan en dus een hoger inkomen. Met dat inkomen kon zij volgens de berekening van het GBLT de hele aanslag betalen. Maar ook in de maanden daarna had de vrouw nog genoeg geld over om de belasting te betalen.
Iemand heeft recht op kwijtschelding als er niet genoeg geld is. In dit geval, hoe vervelend de situatie van mevrouw ook is, is daar geen sprake van. Mevrouw kan contact opnemen met het GBLT om afspraken te maken over de betaling. Het GBLT moet er wel rekening mee houden dat mevrouw iedere maand nog genoeg geld overhoudt om van te leven.
