Verzoeker accepteerde op een zogenaamde taakstrafzitting van het Openbaar Ministerie een taakstraf. Verzoeker tekende hiervoor een instemmingsverklaring. Verzoeker verkeerde in de veronderstelling dat hij geen taakstraf had gekregen en geaccepteerd voor het feit mishandeling. Toen hij een tijd later een Verklaring Omtrent Gedrag aanvroeg bleek toch dat de taakstraf ook het feit mishandeling omvatte. Het Openbaar Ministerie liet weten dat verzoeker wel degelijk voor het feit mishandeling een taakstraf had gekregen. Op de door verzoeker ondertekende instemmingsverklaring stond echter geen enkel strafbaar feit vermeld. Verzoeker klaagde hier over.
Het Openbaar Ministerie is verantwoordelijk voor een met waarborgen omklede procedure en goede informatieverstrekking richting de verdachte rondom het aanbieden en het accepteren van een taakstraf. Vanuit dat oogpunt moet voorop staan dat het aanbieden van een taakstraf door het Openbaar Ministerie berust op een zorgvuldige beoordeling en afweging als het aankomt op de vaststelling van de verweten en bewijsbare strafbare gedraging(en) en de duur van de taakstraf.
Uit het onderzoek van de Nationale ombudsman is gebleken dat het de standaardwerkwijze is van het Openbaar Ministerie om geen strafbare feiten te vermelden op een instemmingsverklaring. De Nationale ombudsman kan dit uit het oogpunt van rechtszekerheid niet begrijpen. Een instemmingsformulier is bij uitstek het bewijs van wat er op de taakstrafzitting is besproken en wat de uitkomst hiervan is. Juist op dit formulier, dat een verdachte verplicht is te ondertekenen, moet niet alleen staan waarmee wordt ingestemd, maar ook waarvoor. Niet alleen is dit wenselijk vanuit het oogpunt van de verdachte, maar ook het Openbaar Ministerie zou doordrongen moeten zijn van de wenselijkheid van een vermelding hiervan. De klacht is dan ook gegrond.
De minister heeft aangegeven dat het via het automatiseringssysteem GPS, waarmee het Openbaar Ministerie werkt, niet mogelijk is om automatisch de strafbare feiten terug te laten komen op het 'instemmingsformulier taakstraf'. De Nationale ombudsman constateert dat het Openbaar Ministerie vaker als reden het geautomatiseerde GPS-systeem aandraagt waarom een wijziging van of toevoeging aan een gestandaardiseerde brief niet mogelijk is. De Nationale ombudsman verwijst in dit verband ook naar het gelijktijdig met dit rapport uitgebrachte rapport 2015/0111. De Nationale ombudsman ziet dan ook aanleiding om hier ambtshalve een breder onderzoek naar in te stellen.
Het vereiste van goede informatieverstrekking; niet behoorlijk.