Otto* is 's morgensvroeg met zijn bedrijfswagen op pad. Vanuit een zijweg wil hij een grotere weg op. Hiervoor moet hij eerst een fietspad over. Hij laat wat fietsers voorgaan. Daarna rijdt hij een stukje verder, omdat hij het aankomende verkeer op de grote weg anders niet goed kan zien. Er komen nog wat auto's aan die hij ook voor moet laten gaan. Dan kan hij de weg op draaien. Maar op het moment dat hij dat wil doen, klopt iemand op zijn raampje.
Een wielrenner komt verhaal halen. Die zegt dat hij de mensen op het fietspad hindert. Otto raakt met de man in discussie. Hij zegt dat andere fietsers er wel gewoon langs konden. Hij heeft nog twee meisjes op de fiets achter zijn wagen zien passeren. De wielrenner ziet dat toch anders. Hij zegt Otto dat hij inspecteur bij de politie is, maar heeft daarvan geen legitimatie bij zich. Hij dreigt met een bekeuring. Otto raakt geïrriteerd, noemt de wielrenner Malle Pietje en een boerenlul. Dan rijdt hij weg.
De volgende dag belt iemand van de politie hem over het voorval. Hij neemt Otto's verklaring op. Tijdens het gesprek wordt het Otto duidelijk dat hij met de wielrenner spreekt. Die geeft hem een bekeuring voor het in gevaar brengen van verkeer, belediging en bedreiging. Otto laat de zaken uiteindelijk voorkomen bij de politierechter. Die spreekt hem vrij, behalve voor de belediging. Maar daar legt hij geen straf voor op.
De hele zaak zit Otto allerminst lekker. Hij snapt niet dat de wielrennende inspecteur in zijn vrije tijd mag optreden als politiefunctionaris, in een situatie waarin hij zelf partij is. Hij klaagt hierover bij de politie. Maar de uitkomst is voor Otto niet bevredigend en hij vraagt de Nationale ombudsman naar zijn verhaal te kijken. Wij hebben ons in de afgelopen jaren al vaker uitgesproken over situaties zoals die van Otto. Een politieagent mag altijd en overal zijn functie uitoefenen, zowel binnen als buiten diensttijd. Maar als een agent buiten diensttijd zelf partij is bij een conflict, moet hij zich zeer terughoudend opstellen bij het uitschrijven van een bekeuring. Hij kan hulp inroepen van collega's, want het gaat dan om een privézaak. Wij vragen de korpsleiding van de Nationale politie dit nogmaals onder de aandacht te brengen in de politieorganisatie.
* Gefingeerde naam
De persoon op de foto is niet de persoon uit deze column
