2010/308: Staatssecretaris van Justitie stuurt Iraakse identiteitskaart op voor contra-expertise echtheid

Rapport

Verzoeker klaagde er over dat de IND zijn lraakse identiteitskaart heeft aangemerkt als een vals

document maar niet bereid bleek hem deze kaart te retourneren om contra-expertise te laten doen om

de echtheid van het document te kunnen aantonen. In het geding is enerzijds het belang te

voorkomen dat het door de IND vals bevonden document opnieuw in omloop komt en anderzijds het

belang dat verzoeker niet wordt belemmerd in de uitoefening van zijn recht om contra-expertise te

laten doen. In reactie op de klacht liet de (toenmalige) staatssecretaris van Justitie weten bereid te zijn

het originele document per aangetekende post te verzenden naar een gerenommeerd

onderzoeksinstituut dat op instigatie van de gemachtigde tegenonderzoek gaat doen, mits het

document na onderzoek wordt teruggestuurd naar de IND. De Nationale ombudsman is van mening

dat de staatssecretaris destijds na afweging van de verschillende belangen een voorstel heeft gedaan

dat niet onredelijk is.

De minister heeft hiermee voldaan aan het redelijkheidsvereiste.

Klacht is ongegrond.

Instantie: Immigratie- en Naturalisatiedienst

Klacht:

Verzoekers Iraakse identiteitskaart aangemerkt als vals document maar niet bereid getoond deze kaart te retourneren opdat verzoeker door onderzoek de echtheid van het document kon laten aantonen bij Iraakse ambassade.

Oordeel:

Niet gegrond