De Nationale ombudsman ziet andere oplossingen voor de aanpak van overlastgevers in vreemdelingenbewaring. De in het conceptwetsvoorstel 'Wijziging van de Wet terugkeer en vreemdelingen' voorgestelde maatregelen doen volgens de ombudsman geen recht aan het bestuursrechtelijke karakter dat vreemdelingenbewaring moet hebben.
Vreemdelingenbewaring is immers geen straf maar een bestuursrechtelijke maatregel. Dit schrijft de ombudsman in zijn advies over het wetsvoorstel van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (JenV).
De Nationale ombudsman liet zich de afgelopen jaren al eerder uit over het regime in vreemdelingenbewaring. Zijn boodschap is in die jaren niet veranderd: vang bewoners in vreemdelingenbewaring op in een omgeving met zo min mogelijk beperkingen. Alleen dan kan recht gedaan worden aan het bestuursrechtelijke karakter ervan.
De Nationale ombudsman ziet tegelijkertijd ook de noodzaak overlastgevers effectief aan te pakken. In zijn advies aan de staatssecretaris wijst hij hiervoor op zijn rapport 'Grenzen aan vreemdelingenbewaring'. Daarin noemt de ombudsman mogelijke aanpassingen in het regime, die bijdragen aan het beperken van spanningen en incidenten in vreemdelingenbewaring. Aanpassingen die niet hoeven te leiden tot harde maatregelen zoals genoemd in het conceptwetsvoorstel 'Wijziging van de Wet terugkeer en vreemdelingen' en die nodig zijn om het leefklimaat in vreemdelingenbewaring voor vreemdelingen en personeel sterk te verbeteren.
Met zijn advies over het conceptwetsvoorstel roept de Nationale ombudsman de staatssecretaris van JenV opnieuw op te kiezen voor deze andere aanpak en hierover verder met hem in gesprek te gaan.