De verhouding tussen de overheid en de burger raakt steeds meer verstrikt in een wirwar van regels die niemand meer snapt. Dat signaleert de Nationale ombudsman Alex Brenninkmeijer vandaag in zijn Ombudslezing. Hij baseert zich daarbij onder meer op zijn enquête 'Complexiteit onder de loep', waarin hij intermediairs tussen de overheid en de burger bevroeg over hun ervaring met de complexiteit van de overheid. De reacties van deze frontlijnwerkers (advocaten, belastingadviseurs, sociaal raadslieden, maatschappelijk werkers, medewerkers van Humanitas en het Juridisch Loket) gaven de ombudsman een beeld van waar de problemen hem precies in zitten en wat de overheid daaraan zou kunnen doen.
Van de duizend respondenten noemde 38% de wetgeving als probleem en 36% de uitvoering zelf. De grootste last hebben burgers met onbekendheid met de wetgeving (33%), die ze onbegrijpelijk vinden (31,5%) of te snel verandert (22,5%). De toeslagen van de Belastingdienst scoren met 25% het hoogst, gevolgd door de gemeentelijk sociale diensten met 23%, de belastingen zelf met 14% en het UWV met 12%.
De ombudsman vindt dat de overheid in de meeste kwesties – vaak de standaardgevallen – veelal ongemerkt heel goed werk doet. Maar als het een afwijkend geval is, als meerdere overheidsorganisaties betrokken zijn, of als er een samenloop van problemen is blijken er al snel problemen te ontstaan. De ombudsman vraagt de overheid daarom te kijken naar de samenhang in het beleid en wat de uitvoering ervan voor de burger betekent. Hij wil dat de overheid de menselijke maat terugbrengt in de verhouding met de burger en dat de beleidsmachine wordt geremd. Bij het aanbieden van zijn jaarverslag aan de Tweede Kamer in maart deed de ombudsman daartoe ook al een beroep op de leden van de Tweede Kamer.
Eerdere ombudslezingen
De eerste ombudslezing vond plaats in 2012. Het thema van deze lezing was 'Geef vertrouwen'.