Hugo is dertien en woont met zijn moeder in Tsjechië. Binnenkort gaat Hugo op vakantie met zijn Nederlandse vader Luuk*. Voor deze reis wil Luuk het Nederlandse paspoort van Hugo verlengen. Hij vraagt hierover informatie bij de Nederlandse ambassade. Zes maanden later ontvangt Hugo een brief. Hierin staat dat hij helemaal geen Nederlander is en dat ook nooit is geweest. Hij moet meteen zijn paspoort inleveren. Doet hij dat niet, komt hij in het Register Paspoortsignaleringen. Hugo en Luuk schrikken enorm. Hoezo is Hugo geen Nederlander? Hugo heeft al drie keer een Nederlands paspoort gekregen?!
Toen Luuk de ambassade om informatie vroeg, ontdekte een ambassademedewerker een fout in de erkenning van Hugo bij zijn geboorte. Ook al is er vaak contact tussen de ambassade en Luuk over de paspoortverlenging, toch worden de twijfels over de nationaliteit van Hugo niet met hem besproken. In plaats daarvan stuurt de ambassade de dertienjarige Hugo een onpersoonlijke brief met een standaard tekst.
Luuk dient hierover een klacht in bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij dacht dat de erkenning van Hugo in orde was. Bij de geboorte heeft Luuk daar nog naar gevraagd bij de ambassade. Nu moet Luuk alsnog allerlei stappen ondernemen om Hugo te erkennen en zijn Nederlanderschap te laten vaststellen. Luuk is vooral verbijsterd dat de instanties geen oog hebben voor de impact die dit heeft op Hugo. Het Ministerie erkent de gemaakte fouten rondom de erkenning. Maar zij vinden niet dat ze moeten bijdragen in de kosten voor het herstel van die fouten. Ook vinden ze een persoonlijk gesprek niet nodig. Luuk is het hier absoluut niet mee eens en belt de Nationale ombudsman.
Medewerker Natalia pakt de klacht op en zoekt contact met het Ministerie. We kijken naar de werkwijze van de instanties en betrekken hierbij ook de Kinderombudsman. Hebben alle betrokken instanties wel gehandeld in het belang van Hugo? Volgens beide ombudsmannen had het Ministerie persoonlijk contact moeten zoeken. Ze hadden de brief in een gesprek moeten toelichten. Ook tijdens de klachtbehandeling was een gesprek op zijn plaats geweest. We vragen het Ministerie om nog eens goed te kijken of zij wel genoeg hebben gedaan voor Hugo als je kijkt naar de gemaakte fouten rondom de erkenning. We raden het Ministerie aan om bij soortgelijke klachten in de toekomst zo vroeg mogelijk persoonlijk contact op te nemen. Zeker als het om minderjarigen gaat. Nu is de Minister aan zet om zo snel mogelijk te laten weten wat hij met deze aanbevelingen gaat doen.
*gefingeerde namen
De personen op de foto zijn niet de personen uit deze column
Deze column is eerder geplaatst in de Telegraaf van zaterdag 11 november jl.