Bewoners langs het spoor hebben al jarenlang geluidsoverlast van het spoor. Hun woningen zijn in 1995 door de gemeente aangemerkt als een zogenaamde 'raillijst'-woning. Voor deze woningen werd gevelisolatie aan de woning als enige oplossing gezien. Aan een deel van de woningen langs het spoor is gevelisolatie aangebracht. Voor het andere deel van de woningen niet.
In 2012 werd het ministerie van Waterstaat en Infrastructuur (hierna: ministerie) verantwoordelijk voor de uitvoering van de geluidsanering van het spoor in Nederland. Het ministerie heeft Prorail opdracht gegeven om te werken aan het stiller maken van het spoor. Dit is een groot en langdurig project, waar landelijk zo'n 50.000 woningen onder vallen. Het opstellen en uitvoeren van saneringsplannen kost tijd en geld. Het was nodig om prioritering naar ernst van overlast aan te brengen in de saneringsplannen. Het is niet mogelijk om alle saneringsplannen gelijktijdig uit te voeren. Het ministerie heeft op basis van de wet de tijd om tot uiterlijk eind 2029 deze maatregelen uit te voeren.
Het ministerie erkent dat door een oudere brief van de gemeente mogelijk verwachtingen bij omwonenden van het spoor zijn gewekt. Echter, het uitgangspunt van de wet is om geluidsoverlast bij de bron te bestrijden. Bijvoorbeeld door het plaatsen van raildempers en geluidschermen. Hiermee worden namelijk de meeste mensen (ook) buiten, als zij bijvoorbeeld in hun tuin zitten, geholpen. Maar ook de geluidbelasting op de gevel van een woning wordt bovendien lager. Als gevolg daarvan wordt ook de geluidbelasting in een woning lager, waardoor ook deze aan de norm voldoet. Gevelisolatie komt pas in beeld indien de aanpak bij de bron of in de omgeving van het spoor niet voldoende werkt.
Bewoners leggen de klacht voor aan de Nationale ombudsman. Zij menen dat het ministerie de geluidssanering van woningen onvoldoende voortvarend oppakt. Ook zouden toezeggingen over het aanbrengen van geluidsisolatie niet worden nagekomen. Zij zijn het vertrouwen inmiddels kwijt omdat er geen zicht is op een concrete oplossing.
De Nationale ombudsman toetst de klacht aan het vereiste van betrouwbaarheid. Dit houdt onder meer in dat gerechtvaardigde verwachtingen van burgers ten opzichte van overheidsinstanties door die overheidsinstanties worden nagekomen. Niet alleen een toezegging, maar ook de context van een aangelegenheid is bepalend voor de beoordeling of verwachtingen die een burger ten aanzien van de betrokken overheidsinstantie heeft opgevat, gerechtvaardigd zijn..
De Nationale ombudsman vindt dat het ministerie zich in redelijkheid op het standpunt kan stellen dat aan eerder genoemde brief van de gemeente geen direct recht op gevelisolatie aan de resterende woningen van de raillijst kan worden ontleend. Dat op de overige woningen van de raillijst al wel gevelisolatie is toegepast, doet aan het voorgaande niet af. Deze woningen zijn al vóór 2012 voorzien van gevelisolatie voorzien. Tegelijkertijd is het geluid rond het spoor in sommige gevallen juist inmiddels minder geworden door de introductie van stiller materieel. Niet alle (oorspronkelijke) 'raillijst'-woningen hebben op dit moment nog steeds last van een te hoge geluidbelasting. Sommige woningen zijn dan ook niet meer als saneringswoning aan te merken.
Wel komt de Nationale ombudsman op basis van zijn onderzoek tot de conclusie dat het besluitvormingsproces over de aanpak van geluidsoverlast én de uitvoering daarvan onaanvaardbaar lang duurt. De aanpak van geluidsoverlast rond het spoor is een complex probleem. Dit rechtvaardigt echter niet dat omwonenden van het spoor al zo'n 30 jaar in onzekerheid verkeren over hoe die aanpak er precies uit komt te zien. De Nationale ombudsman vindt dat de overheid te kort is geschoten in het geven van vertrouwen en bieden van perspectief aan de omwonenden.