Een zieke werkneemster wilde weten of haar werkgever voldoende deed om haar weer aan het werk te helpen en vroeg daarom een deskundigenoordeel bij het UWV aan. De werkgever wist niet dat zij dit aan het UWV gevraagd had. De casemanager van de werkgever werd onverwacht, terwijl zij op een schoolplein stond te wachten, door de arbeidsdeskundige van het UWV gebeld. Zij wilde op een geschikter tijdstip de werkgeverskant van het verhaal nader toelichten. Volgens haar zou het UWV haar terug bellen, volgens het UWV zou de casemanager terugbellen. Terugbellen gebeurde niet. Drie weken later werd het deskundigenoordeel afgegeven. Volgens het UWV had de werkgever onvoldoende gedaan aan de re-integratie van de werkneemster.
Het UWV verklaarde de klacht van de werkgever over het gebrek aan hoor en wederhoor ongegrond. Het standpunt van de casemanager was volgens het UWV voldoende duidelijk gemaakt en bovendien naderde de wettelijke beslistermijn.
Bij de Nationale ombudsman klaagde de werkgever over de motivering zowel van het deskundigenoordeel als van de klachtafhandeling. Ook merkte hij op dat het UWV had nagelaten schriftelijk te melden dat er een deskundigenoordeel was gevraagd. De casemanager voelde zich dan ook overvallen door het telefoontje van de arbeidsdeskundige. Het UWV had daarom aan het verzoek van de casemanager om haar op een geschikter moment terug te bellen gehoor moeten geven.
De Nationale ombudsman concludeert dat achteraf niet meer is vast te stellen wat er is afgesproken over wie er terug zou bellen, maar dat het uit het oogpunt van behoorlijkheid op de weg van het UWV had gelegen om dit te doen. Zeker nu het UWV had nagelaten de werkgever schriftelijk te informeren over de aanvraag, de wettelijke beslistermijn al was verstreken op het tijdstip van telefoneren en het na het telefoongesprek nog drie weken duurde voordat het deskundigenoordeel werd afgegeven.
De Nationale ombudsman oordeelt dat de klacht over het gebrek aan hoor en wederhoor gegrond is wegens strijd met het vereiste van luisteren naar de burger. De klacht over de motivering van het deskundigenoordeel en de klachtafhandeling is gegrond wegens strijd met het motiveringsvereiste.