De heer Joosten1 klaagt erover dat hij kosten heeft gemaakt doordat de provincie een regeling hanteerde die achteraf niet in stand bleef vanwege strijd met de Natuurbeschermingswet 1998. Hij heeft daardoor twee keer een deskundige moeten betalen om aan de voorwaarden te voldoen, toen hij zijn bedrijf uit wilde breiden.
Bij elke vergunningsaanvraag bestaat het risico dat de vergunning bij toetsing door de rechter niet in stand blijft. Dan geldt in het normale maatschappelijke verkeer dat de kosten die de burger gemaakt heeft, voor zijn rekening blijven. De provincie heeft de heer Joosten niet willens en wetens op het verkeerde been gezet. De ombudsman vindt daarom dat de provincie in redelijkheid kon besluiten
dat het risico bij de ondernemer ligt en geen kosten te vergoeden..
De Nationale ombudsman acht de klacht niet gegrond.
Wel vraagt de ombudsman de provincie om in dergelijke gevallen persoonlijk contact op te nemen met een burger om met hem mee te denken over mogelijke oplossingen.
Dit is een gefingeerde naam