Verzoeker reed 's morgens vroeg met de auto naar zijn werk. Voor hem op de weg reed een politieauto. Plotseling sloeg de politieauto rechts af. Verzoeker moest remmen en claxonneren om een aanrijding te voorkomen. Toen verzoeker naast de politieauto bij een stoplicht stond, maakte hij met woorden en gebaren duidelijk dat de politieambtenaren beter moesten uitkijken in het verkeer. Toen het licht van groen op oranje sprong, reed hij weg. Omdat de politieambtenaren nog niet uitgepraat waren met verzoeker, werd hij verderop naar de kant gehaald. Er werden wat woorden gewisseld en verzoeker moest zijn ID-bewijs laten zien. Verzoeker zei tegen de agenten dat ze maar sukkels waren, door zo te handelen. Daarop werd verzoeker met enig geweld aangehouden. Verzoeker werd overgebracht naar het bureau, maar korte tijd later met een waarschuwing heengezonden. De schadeclaim die verzoeker indiende bij de politie werd afgewezen.
De ombudsman keurde de aanhouding af, omdat de politie zelf had bijgedragen aan de escalatie. Ook het geweldgebruik kon de toets der behoorlijkheid niet doorstaan. De politie had teveel geweld gebruikt. Verder vond de ombudsman dat de politiechef onvoldoende had gemotiveerd waarom hij de schadeclaim van verzoeker had afgewezen.
De Nationale ombudsman beveelt de politiechef aan om de afwijzing van de schadeclaim gezien het oordeel van de ombudsman te heroverwegen.
Het vereiste van de-escalatie. Gegrond
Het vereiste van behoorlijk overheidsoptreden dat grondrechten – i.c. het recht op lichamelijk integriteit – worden gerespecteerd. Gegrond
Het vereiste van goede motivering. Gegrond.