Een man die al jaren in een AWBZ-instelling verblijft, moest in 2013, in verband met de in 2013 ingevoerde vermogensinkomensbijtelling, opeens maandelijks een eigen bijdrage Zorg met Verblijf aan het CAK gaan betalen. Deze man ontvangt geen uitkering of ander inkomen, maar heeft een erfenis waarvan hij leeft.
De curator van de man klaagde erover dat het CAK geen definitieve eigen bijdrage voor de man kon vaststellen. Het CAK stelde dat niet te kunnen doen omdat het van de Belastingdienst geen gegevens had ontvangen.
De Nationale ombudsman is van oordeel dat het CAK de man ten onrechte langere tijd in onzekerheid heeft laten verkeren. Het CAK heeft de ongewenste onzekere situatie niet kunnen oplossen door op een andere wijze de aan hem verstrekte gegevens te verifiëren.
De klacht over de onderzochte gedraging van het CAK te Den Haag, is gegrond wegens schending van het vereiste van maatwerk.
Het CAK wordt in overweging gegeven om een oplossing te zoeken om de verstrekte gegevens te kunnen verifiëren, zodat de eigen bijdrage definitief kan worden vastgesteld.