Verzoeker, een uitgeprocedeerde asielzoeker uit Syrië, staat op het punt door de Dienst terugkeer & Vertrek te worden uitgezet naar Syrië.
Verzoeker klaagt erover dat de DT&V hem wil uitzetten met behulp van een Laissez Passer (eenmalig te gebruiken reisdocument) dat niet op zijn naam is gesteld.
Er waren eerder al signalen dat er twijfel kon bestaan uit de naam die de Syrische autoriteiten aan verzoeker hadden gekoppeld, ook bij de Syrische autoriteiten zelf. De DT&V had beter en eerder onderzoek moeten instellen. Dat is niet gebeurd. Zo is niet gebleken dat hierover extra contacten zijn geweest met de Syrische ambassade en de DT&V heeft pas naar aanleiding van verzoekers klacht een onderzoek naar diens identiteit ingesteld. Ook is op de signalen van verzoeker onvoldoende gereageerd en zelfs bij het uitzettingsgesprek met de DT&V kreeg hij niet de ruimte om zijn zegje te doen.
Als er niet secuur gewerkt wordt in dit soort gevallen, dan kan dat ernstige consequenties hebben voor de persoon in kwestie. Dat op de valreep is besloten om de uitzetting niet door te laten gaan doet niet af aan het feit dat de DT&V in deze zaak niet professioneel heeft gehandeld. De verstrekking van een verblijfsvergunning aan verzoeker op zijn naam versterkt dit.
professionaliteit
