2013/025: Klacht over discriminerend handelen politie na gelijktijdige meldingen mishandeling door man en zijn ex

Rapport

Verzoeker ging op een dag zijn zoontje van bijna zes maanden ophalen bij zijn ex-partner. Na een kort gesprek viel de ex-partner hem aan en mishandelde zij hem. Hij hield aan de mishandeling rode striemen en een blauw been over. Thuisgekomen belde hij de politie en deed melding van de mishandeling. Er werd afgesproken dat hij in de week daarna aangifte zou komen doen en dat hij van de verwondingen foto's zou maken. Kort daarna werd er aangebeld en werd verzoeker aangehouden wegens mishandeling: ook zijn ex-partner had namelijk de politie gebeld en een melding gedaan van mishandeling.

Verzoeker klaagt erover dat politieambtenaren van het regionale politiekorps Noord- en Oost-Gelderland, thans deel uitmakend van de eenheid Oost-Nederland, hem hebben gediscrimineerd door verschillend te reageren op een melding van mishandeling die hij en zijn ex-echtgenote kort achtereen onafhankelijk van elkaar jegens elkaar hebben gedaan.

Uit de geluidsopname van het gesprek met verzoeker blijkt dat de melding van verzoeker meer de aard had van een adviesvraag: wat kon hij het beste doen. Hem is aangeraden foto's te maken van zijn verwondingen en in overleg met hem is een afspraak gemaakt voor het doen van aangifte. Niet is gebleken dat verzoeker heeft gevraagd om een politieauto te sturen. Verzoeker was alweer thuis toen hij de politie belde en uit het gesprek is niet naar voren gekomen dat er sprake was van een op dat moment klemmende situatie die tot het sturen van een politieauto noopte. Uit de geluidsopname van het gesprek met verzoekers ex-partner blijkt dat de situatie aldaar anders lag: zij was thuis met twee kleine kinderen en aan haar stem te horen nog tamelijk overstuur. Zij beweerde dat verzoeker haar onderuit had gehaald en haar terwijl zij op de grond lag had geschopt. Zij wilde haar kind namelijk niet afgeven omdat verzoeker niet naar haar wilde luisteren toen zij hem wilde doorgeven wat er met het kind aan de hand was en welke medicijnen hij nodig had. Al met al mogen de meldingen van verzoeker en diens ex-partner dan betrekking hebben gehad op hetzelfde incident, maar de meldingen zijn gedaan vanuit twee verschillende situaties, waarin de inschatting en afweging daarvan ertoe hebben geleid dat de politie in het ene geval anders heeft gereageerd dan in het andere. Dat is, gelet op de inhoud van de gesprekken met verzoeker en met diens ex-partner en de gemoedstoestand van beiden, alleszins te billijken. Er was dan ook geen sprake van verschil in aanpak omdat het in het ene geval om een man ging en in het andere om een vrouw.

Respecteren grondrechten; discriminatie

Instantie: regionale eenheid Oost-Nederland (voorheen regionale politiekorps Noord- en Oost-Gelderland)

Klacht:

verzoeker gediscrimineerd door verschillend te reageren op een melding van mishandeling die hij en zijn ex-echtgenote kort achtereen onafhankelijk van elkaar jegens elkaar hebben gedaan.