Verzoeksters Egyptische partner heeft een afspraak bij de Nederlandse ambassade in Caïro om zijn visumaanvraag toe te lichten.
Verzoekster vindt dat de informatie die de website van de ambassade geeft over de voor een visum benodigde documenten onvolledig is. Verder is het interview op video vastgelegd zonder dat haar partner daar vooraf over is geïnformeerd. Zij klaagt er ook over dat de ambassade haar partner al tijdens dat interview heeft laten weten dat zijn aanvraag zou worden afgewezen en is het betreffende beeldmateriaal waaruit zou blijken dat dat niet het geval is, haar niet getoond.
De website bevat alle benodigde informatie. De Nationale ombudsman heeft met instemming ervan kennisgenomen dat de ambassade ook een Nederlandse versie maakt; immers niet alle informatiezoekers beheersen de Engelse taal zodanig dat de informatie tot in alle details duidelijk is.
Om bezoekers attent te maken op de opnamen heeft de ambassade een universeel herkenbare afbeelding van een camera aangebracht. De Nationale ombudsman heeft er met instemming van kennisgenomen dat de ambassade niettemin is overgegaan tot het ophangen van een tekst die verzoekers attendeert op de opnames.
Het is niet mogelijk om vast te stellen wat zich tijdens het interview heeft voorgedaan, nu de verklaringen van verzoeksters partner en de ambassade tegenover elkaar staan. Het beeldmateriaal waaruit zou blijken dat zoals de ambassade zegt, geen sprake was van een afwijzing, is inmiddels gewist.
De klacht over het niet tonen van het beeldmateriaal is gegrond wegens schending van het vereiste van fair play.
Videomateriaal dat wordt aangewend in het kader van een klachtbehandeling niet wissen, maar bewaren voor het geval de indiener van de klacht het materiaal in het kader van hoor en wederhoor wil bekijken.