Sinds 2003 draait in Rotterdam het Alijda project. Om de verloedering van oude stadswijken in Rotterdam tegen te gaan, is dit samenwerkingsprogramma tussen gemeente, politie, Openbaar Ministerie, Belastingdienst en FIOD ingesteld, gericht op de bestrijding van malafide huiseigenaren.
Door een uitspraak van de Raad van State van 4 juli 2007 is de samenwerking opgeschort. De Raad van State had geoordeeld dat er onvoldoende waarborgen waren dat strafrechtelijke gegevens op behoorlijke en zorgvuldige wijze binnen het samenwerkingsverband over personen werden verwerkt. Deze situatie duurde tot de inwerkingtreding van een hernieuwd Alijda-convenant in december 2008. De hoofdofficier van justitie te Rotterdam is penvoerder voor het Alijda-project.
Verzoeker heeft een aantal panden in Rotterdam. Hij kwam er in een kortgeding procedure tegen de Rabobank achter dat de bank beschikte over informatie over hem van de politie. Een politieambtenaar had een rapportage over hem en zijn familie opgesteld, om een beeld te geven van hun intimiderende karakter in de wijk. Deze sfeerrapportage is in juli 2008 aan de gemeente Rotterdam doorgestuurd. Verzoeker heeft hierover bij de korpsbeheerder van de politie Rotterdam-Rijnmond een klacht ingediend. Ook deed verzoeker aangifte tegen de politieambtenaar die de rapportage over hem had opgesteld. De klacht werd niet-ontvankelijk verklaard en de aangifte werd geseponeerd.
Verzoeker klaagde er bij de Nationale ombudsman over dat de politie gegevens over hem had verstrekt aan de gemeente Rotterdam en dat deze informatie met medeweten van de politie is doorgestuurd aan de Rabobank. Ook klaagde verzoeker erover dat de hoofdofficier van justitie te Rotterdam hem niet in de gelegenheid had gesteld om de gegevens die over hem waren verstrekt, eerst op juistheid te controleren en eventueel te corrigeren.
De Nationale ombudsman concludeerde dat de korpsbeheerder van de politie Rotterdam-Rijnmond niet behoorlijk had gehandeld door in lijn met de Alijda-aanpak politiegegevens van verzoeker te verstrekken aan de gemeente Rotterdam. De gegevens zijn verstrekt in een periode dat de manco's zoals de Raad van State die had geconstateerd, niet waren hersteld. Verzoeker had door de korpsbeheerder over de verstrekking geïnformeerd moeten worden.
Vereiste van behoorlijk overheidsoptreden dat grondrechten – in dit geval het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer – worden gerespecteerd. Klacht gegrond.