Verzoeker is sinds 2000 betrokken bij het project van de reconstructie van de N242 door de provincie Noord-Holland. Verzoeker maakte zich zorgen over de veiligheid van de fietstunnel aan de Omval. Op 15 april 2004 schreven gedeputeerde staten een brief aan verzoeker waarin afspraken werden samengevat die tijdens een gesprek op 20 februari 2004 waren gemaakt. Een van de afspraken was dat er bewakingscamera's zou worden geplaatst in de aan te leggen fietstunnel en gedeputeerde staten zegden toe de investering- en exploitatiekosten voor hun rekening te nemen. Op 10 oktober 2007 deelden gedeputeerde staten mee dat zij een heroverweging hadden gemaakt en dat men alleen bereid was de investeringskosten voor hun rekening te nemen indien de betrokken gemeenten bereid waren de exploitatiekosten van het cameratoezicht te dragen. Gedeputeerde staten hebben met de betrokken gemeenten overlegd maar de gemeente waren niet bereid de exploitatiekosten te dragen. Er zijn geen bewakingscamera's geplaatst in de fietstunnel. Verzoeker klaagde erover dat gedeputeerde staten hun toezegging niet zijn nagekomen.
De klacht van verzoeker werd door de provincie twee maal gegrond verklaard, maar dit leidde er niet toe dat gedeputeerde staten alsnog tot plaatsing van de bewakingscamera overgingen. De Nationale ombudsman heeft het college een aantal vragen gesteld over de gedane toezegging. De Nationale ombudsman overwoog dat expliciet en onvoorwaardelijk door overheidsbestuurders gedane toezeggingen jegens burgers moeten worden nagekomen, tenzij er zwaarwegende redenen zijn om dat niet te doen. Gedeputeerde staten hebben de toezegging om cameratoezicht in de fietstunnel te plaatsen eenzijdig ingetrokken, voornamelijk vanwege de kosten. De Nationale ombudsman overwoog dat hier geen sprake is van zwaarwegende redenen waardoor het college zijn expliciete en onvoorwaardelijke toezegging niet zou hoeven na te komen. De Nationale ombudsman heeft de klacht getoetst aan het rechtszekerheidsvereiste. De Nationale ombudsman achtte de onderzochte gedraging niet behoorlijk.
De Nationale ombudsman doet gedeputeerde staten de aanbeveling om aan provinciale staten te verzoeken de gelden alsnog ter beschikking te stellen om het toegezegde cameratoezicht te realiseren. Indien provinciale staten dit verzoek niet honoreren, zijn er volgens de Nationale ombudsman alternatieve manieren om de veiligheid in de fietstunnel te vergroten die niet zijn onderzocht. De Nationale ombudsman doet subsidiair de aanbeveling om met betrokken partijen te overleggen en alternatieven te onderzoeken om de veiligheid in de fietstunnel te vergroten.