Het LBIO heeft de inning van de alimentatie van verzoekster overgenomen. In juni 2008 schort het LBIO de inning opeens op. Verzoekster wilde weten waarom en verzoekt om inzage in de onderliggende dossierstukken. Bij het inzien komt verzoekster erachter dat er stukken van haar ex-partner ontbreken. Zij verzoekt vervolgens om inzage en dient vervolgens een Wob-procedure te doorlopen.
Verzoekster klaagt erover dat het LBIO ten onrechte en zonder uitleg de inning van de alimentatie heeft opgeschort. Ook klaagt ze erover dat het LBIO haar geen volledige inzage in het dossier heeft gegeven en heeft nagelaten een beslissing te nemen in het kader van de Wob.
De klachten zijn gegrond verklaard. Het LBIO handelde met het opschorten van de inning niet conform eigen beleid. Het verzoek tot opschorting had eerst voorgelegd moeten worden aan verzoekster.
Verder heeft verzoekster een recht op inzage van de onderliggende stukken. Het LBIO had dit niet door een enkel beroep op de privacy kunnen onthouden. Verzoekster had de mogelijkheid moeten krijgen of een klacht in te dienen of een Wob-verzoek in te dienen.
Het LBIO heeft niet behoorlijk gehandeld door niet vooraf gemotiveerd aan te geven welke stukken in het dossier ontbreken. Het niet tijdig beslissen op het Wob-verzoek is ook niet behoorlijk.
Vereiste van actieve en adequate informatievoorziening
Vereiste van rechtszekerheid
