Op 12 mei 2007 ontving de politie Zeeland omstreeks 05:00 uur een melding van een verkeersongeval waarbij een auto van de weg was geraakt. Ter plaatse troffen politieambtenaren N. en S. verzoekster in de auto aan en spraken haar aan. Omdat bij hen het vermoeden bestond dat verzoekster onder invloed van alcohol was, lieten zij haar de blaastest doen, maar dit leverde geen resultaat op omdat verzoekster deze niet op de juiste wijze uitvoerde. Vervolgens hielden politieambtenaren N. en S. verzoekster aan wegens het vermoedelijk rijden onder invloed van alcohol en namen haar mee naar het politiebureau. Verzoekster kon zich niet vinden in de gang van zaken en diende bij de politie een aantal klachten in over het optreden van de betrokken politieambtenaren. Vervolgens diende zij de klacht in bij de Nationale ombudsman. Zij klaagde er onder meer over dat de politieambtenaren hadden geweigerd haar een kopie van het proces-verbaal te geven. De Nationale ombudsman acht deze klacht gegrond. Het vereiste van actieve en adequate informatieverstrekking houdt in dat bestuursorganen burgers met het oog op de behartiging van hun belangen actief en desgevraagd van adequate informatie voorzien. Tijdens het voorbereidend onderzoek beslist het Openbaar Ministerie over toestemming voor de verdachte om van processtukken kennis te nemen en dat de grond waarop het Openbaar Ministerie dit kan weigeren - het belang van het onderzoek - niet geldt voor het proces-verbaal van verhoor van de verdachte. De Nationale ombudsman stelt vast dat er in ieder geval ofwel door verzoekster, ofwel door haar vader, om een verklaring was gevraagd. Het was daarom niet juist dat de betrokken politieambtenaren haar dit niet hadden verstrekt. Daarnaast klaagde zij erover dat de politieambtenaren in het proces-verbaal foutief hadden gesteld dat zij bereid en in staat zou zijn om haar deel van de schade te vergoeden. De Nationale ombudsman toetste deze klacht aan het vereiste van professionaliteit;dit houdt in dat ambtenaren met een bijzondere training of opleiding jegens burgers overeenkomstig de standaarden van hun beroepsgroep dienen te handelen. Dit houdt onder meer in dat in de verslaglegging door professionals voldoende aandacht moet zijn voor het op juiste wijze weergeven van door de burger gebruikte bewoordingen en bedoelingen. Artikel 29 lid 3 van het Wetboek van Strafvordering bepaalt dat de verklaringen van de verdachte, die een bekentenis van schuld inhouden, in het proces-verbaal van het verhoor zoveel mogelijk in de eigen woorden wordt opgenomen. De Nationale ombudsman oordeelde dat in dit geval niet professioneel was gehandeld. Deze klacht gaf verder aanleiding tot het doen van een aanbeveling aan de korpsbeheerder om uit te zoeken wat de overgang naar een nieuw landelijk systeem betekent voor het gebruik van de bedoelde bouwsteen bij het opmaken van een proces-verbaal.
Vereiste van professionaliteit: niet behoorlijk
Vereiste van actieve en adequate informatieverstrekking: niet behoorlijk
Verzoeker klaagde verder over de weigering om haar na de aanhouding te laten telefoneren, de wijze waarop haar rijbewijs was afgenomen, over de bejegening en het afnemen van haar schoenen ter insluiting.