Na ontvangst van een beschikking op grond van de Wet Administratiefrechtelijke Handhaving verkeersvoorschriften (WAHV) maakte verzoeker binnen de wettelijke betaaltermijn via internetoverschrijving een te laag bedrag over. Na enige tijd ontving hij aanmaningen met verhoging.
Hij klaagde er vervolgens over dat het Central Justitieel Incasso Bureau (CJIB) hem voorafgaand aan de verhoging geen gelegenheid had gegeven om alsnog het ontbrekende bedrag te voldoen.
De door het CJIB gevolgde handelwijze is op zich geheel overeenkomstig de wet. Gebleken is dat het CJIB jaarlijks in 0,06% van de (12 miljoen) gevallen te maken krijgt met onderbetaling. Mede gezien de op handen zijnde wijziging van de inningsprocedure (ipv acceptgiro straks betaling via internet als standaard) kan van het CJIB niet worden gevergd dat het huidige - volautomatische - inningsysteem moet worden uitgebreid met tussentijdse waarschuwing voor dit soort gevallen.
Redelijkheidsvereiste. Klacht niet gegrond.
Wel aanleiding om in de informatie bij de Wahv-beschikking een duidelijke waarschuwing op te nemen voor de gevolgen van vergissingen bij betaling anders dan dmv de vooringevulde acceptgiro met de mededeling dat het risico geheel voor rekening van de betrokkene komt en dat het CJIB geen tussentijds contact zal opnemen.
De klacht over klachtbehandeling door CJIB wel gegrond ivm schending vereiste van administratieve nauwkeurigheid.
