Verzoeker kreeg met zijn (inmiddels ex-)werkgever een arbeidsconflict naar aanleiding van de re-integratie. Hij klaagt erover dat het UWV de re-integratie activiteiten van zijn ex-werkgever niet heeft getoetst en met hem een mediationtraject is ingegaan dat op een onbevredigende manier is verlopen en afgesloten. Tevens had de ex-werkgever lange tijd geen loon betaald waardoor verzoeker financieel in de problemen kwam. Vervolgens werd hij ontslagen en de ex-werkgever liet het UWV weten dat verzoeker gezond uit dienst was gegaan. Dit was echter niet zo en het duurde lange tijd voordat verzoeker van het UWV ziektewetuitkering ontving. Vanwege de vele klachtbrieven en bezwaarschriften van verzoeker, stelde het UWV voor om een mediationtraject met verzoeker in te gaan.
De Nationale ombudsman overwoog dat het UWV gedurende het mediationtraject aan verzoeker de toezegging had gedaan dat de re-integratieinspanningen van de ex-werkgever alsnog getoetst zouden kunnen worden. Verzoeker had aangegeven hier baat bij te hebben vanwege een lopende loonvorderingsprocedure. Het UWV gaf later echter aan dat het alsnog uitvoeren van die toets voor verzoeker waarschijnlijk niets zou opleveren en ondernam geen actie. Volgens de Nationale ombudsman had verzoeker echter duidelijk zijn belang aangegeven en was het niet aan het UWV om te beoordelen of het verzoeker iets zou opleveren.
Met betrekking tot het mediationtraject stelde de Nationale ombudsman vast dat het traject eenzijdig en schriftelijk door het UWV was beëindigd. Het UWV zag geen andere mogelijkheid om uit de impasse te komen aangezien verzoeker bleef vragen om antwoorden die het UWV al gegeven had. De Nationale ombudsman kon het UWV hier niet in volgen. Als er wel een laatste brief met wederom antwoorden op de gestelde vragen is verzonden, viel niet in te zien waarom er geen afsluitende bijeenkomst kon plaatsvinden. Daarbij had het UWV verzoeker een mediationtraject aangeboden zodat verzoeker mocht verwachten dat het UWV ook bereid was tot een afsluitende bijeenkomst.
De Nationale ombudsman achtte het niet uitvoeren van de re-integratietoets in strijd met het vereiste van rechtszekerheid. De Nationale ombudsman achtte het schriftelijk eenzijdig beëindigen van het mediationtraject door het UWV in strijd met het redelijkheidvereiste.
Het UWV werd in overweging gegeven om alsnog de toezegging na te komen door de re-integratie-inspanningen van de voormaligwerkgever van verzoeker te toetsen.
Overige klachtonderdelen:
- Geen medische verklaring overleggen waaruit bleek dat verzoeker hersteld uit dienst was gegaan
- Niet het BIG registratienummer van de verzekeringsarts verstrekken
- Afzeggen door UWV-medewerkers van geplande meditatiënbijeenkomsten
- Geen verslaglegging van de meditatiënbijeenkomsten
- Lange duur van het mediationtraject