Verzoeker was in het bos in conflict geraakt met een BOA en belde de politie om aangifte tegen de BOA te doen wegens mishandeling. Volgens verzoeker zou de politie bij hem thuis komen om deze aangifte op te nemen. Toen de politie bij hem thuis kwam, werd hij aangehouden wegens bedreiging en mishandeling van de BOA.
Verzoeker klaagde erover dat hem op het politiebureau medische zorg was onthouden, waardoor hij blijvend letsel had overgehouden.
Het was de Nationale ombudsman gebleken dat de betrokken ambtenaren zich voldoende hadden ingespannen om ervoor te zorgen dat verzoeker door een arts zou worden gezien. Het wachten op een arts had waarschijnlijk langer geduurd omdat er vanuit de meldkamer contact was opgenomen met de verkeerde arts. Desondanks was verzoeker binnen een redelijke termijn door een arts gezien.
Dat de arts wellicht een onjuiste inschatting had gemaakt van verzoekers verwondingen, was iets wat de politie niet kon worden toegerekend vanwege de eigen verantwoordelijkheid van de arts.
De politie had niet gehandeld in strijd met het vereiste van bijzondere zorg.
Wel gaf de Nationale ombudsman de korpsbeheerder in overweging ervoor zorg te dragen dat de regels ten aanzien van het inschakelen van een arts bekend zijn bij een ieder.
Verzoeker klaagde er ook over dat hij door de politie was aangehouden, terwijl hem de toezegging was gedaan dat zijn aangifte zou worden opgenomen. De klacht was niet gegrond.