2008/134

Rapport

Verzoeker heeft een transactievoorstel gekregen voor een snelheidovertreding. Hij heeft het voorgestelde bedrag voldaan, maar had wel nog bezwaren tegen het transactievoorstel .

Hij heeft hiervoor contact gezocht met het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB). Het CJIB heeft hem verteld dat hij moest vragen om terugbetaling om zodoende zijn bezwaren kenbaar te kunnen maken. Verzoeker heeft dit gedaan. Het CJIB heeft vervolgens toegezegd om zijn dossier door te sturen naar de officier van justitie. Verzoeker heeft uiteindelijk voor het verstrijken van de vervaldatum van de originele transactie het bedrag opnieuw voldaan om zodoende strafvervolging te voorkomen. Hij heeft hiermee het principe van een transactievoorstel, namelijk dat betaling strafvervolging voorkomt, verkeerd begrepen.

Verzoeker heeft enkele maanden later contact gezocht met het CJIB met de vraag waarom hij niks vernam van de officier van justitie. Het CJIB heeft hem toen verteld dat zijn zaak was afgesloten omdat hij het bedrag alsnog had voldaan. Verzoeker heeft toen in een klachtbrief aan de officier van justitie uitgelegd dat hij wilde dat zijn zaak alsnog beoordeeld zou worden. De officier van justitie heeft deze klacht ongegrond geacht. Verzoeker klaagt erover dat het CJIB zijn dossier niet heeft doorgestuurd en dat de officier van justitie heeft besloten om zijn zaak niet aan een kantonrechter voor te leggen.

De onderzochte gedraging van het CJIB is getoetst aan het vereiste van rechtszekerheid en is niet behoorlijk. De onderzochte gedraging van de officier van justitie is getoetst aan het vereiste van fair play en is behoorlijk.

Instantie: Centraal Justitieel Incassobureau

Klacht:

Correspondentie niet conform toezegging aan het arrondissementsparket overgedragen.

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Hoofdofficier van justitie te Groningen

Klacht:

Besloten om verzoekers zaak niet alsnog aan de kantonrechter voor te leggen.

Oordeel:

Niet gegrond