Verzoekers auto werd voor twee administratieve sancties van in totaal € 175 buiten gebruik gesteld en uiteindelijk verkocht. De auto bracht € 5250 op. Na aftrek van de boetes, de kosten voor Domeinen en de politie resteerde € 4292, 62. Dit bedrag is in 's Rijks kas gestort.
Verzoeker klaagt erover dat het CJIB de buitengebruikstelling van zijn auto slechts voor twee openstaande boetes heeft toegepast, althans het bedrag dat in 's Rijks kas is gestort niet heeft aangewend voor de voldoening van verzoekers overige openstaande boetes.
De Nationale ombudsman vindt het niet onredelijk dat het CJIB een zaaksgerichte aanpak heeft (en dwangmiddelen dus niet voor alle boetes tegelijk toepast), maar dan moet er wel achteraf een correctie plaatsvinden als deze aanpak tot een onredelijke uitkomst voor de betrokken burger leidt. Het was onredelijk om het resterende bedrag niet aan te wenden voor de openstaande andere boetes. De klacht was dan ook gegrond wegens strijd met het redelijkheidsvereiste.
Aanbeveling om 1) alsnog verzoekers openstaande boetes als voldaan aan te merken en 2) de algemene werkwijze van het CJIB zodanig te veranderen dat voortaan eventuele restantbedragen uit verkoop van buiten gebruik gestelde voertuigen worden gebruikt voor de voldoening van (andere) openstaande boetes.