Verzoekster, met de Britse nationaliteit, kwam vanuit Geneve aan op Schiphol. Bij haar inreis vroeg een ambtenaar van de Koninklijke Marechaussee naar het doel van haar reis. Op haar opmerking hierover dat zij een Brits paspoort had, reageerde deze ambtenaar onverschillig. Aan de volgende blanke passagier stelde de ambtenaar die vraag niet.
Verzoekster klaagt er over dat zij aldus is gediscrimineerd.
Volgens de minister had de betrokken ambtenaar deze vraag niet mogen stellen, maar was geen sprake van discriminatie.
De Nationale ombudsman is van oordeel dat is gehandeld in strijd met het verbod van discriminatie. Misschien heeft de betrokken ambtenaar niet bewust de bedoeling gehad om verzoekster te discrimineren. De feitelijke gang van zaken houdt echter wel een ongelijke behandeling in. Door aan een zwarte vrouw een verderstrekkende vraag te stellen dan was toegestaan en daarin te volharden na een terechte opmerking van haar en diezelfde vraag niet te stellen aan de blanke passagier achter haar, heeft de ambtenaar haar in negatieve zin anders behandeld. Omdat hij zijn handelen ook niet heeft toegelicht, heeft hij verzoekster ten minste de indruk gegeven dat hij haar (al dan niet bewust) discrimineerde op grond van haar etnische kenmerken.
Instemming: Het is te waarderen dat een attitudetraining wordt gegeven waarbij aandacht word besteed aan de omgang met de klant als onderdeel van de opleiding.
Aanbeveling: Er voor te zorgen dat de ambtenaren van de Koninklijke Marechaussee steeds op de hoogte zijn van hun bevoegdheden in het kader van de inreis- en uitreiscontrole en dat in hun training en opleiding aandacht wordt besteed aan het effect dat het stellen van onjuiste of overbodige vragen kan hebben op reizigers.
Andere klachtonderdelen:
Bejegening tijdens de uitreis: klacht gegrond, strijd met correcte bejegening
Klachtbehandeling: strijd met motiveringsbeginsel
Niet gegronde klachten: bejegening door andere ambtenaar, en de uitreiscontrole zelf.