2007/308

Rapport

Verzoeker werd door een politieambtenaar staande gehouden omdat genoemde ambtenaar dacht dat verzoeker zijn middelvinger naar hem opstak. De politieambtenaar dacht het opsteken van de zogenaamde 'fuck-vinger' te hebben geconstateerd op het moment dat verzoeker hem in zijn auto passeerde. De politieambtenaar reed in zijn dienstauto in tegenovergestelde richting. De politieambtenaar keerde na voornoemde constatering zijn auto, achtervolgde verzoeker en hield hem staande voor het strafbare feit belediging. De politieambtenaar bekeurde verzoeker uiteindelijk voor het niet kunnen tonen van een kentekenbewijs.

Verzoeker klaagt erover dat een met naam genoemde ambtenaar van het regionale politiekorps Utrecht op 7 februari 2005 hem heeft staande gehouden voor het strafbare feit belediging, terwijl verzoeker uiteindelijk is bekeurd voor het niet kunnen tonen van het kentekenbewijs.

De Nationale ombudsman achtte duidelijk dat de aanleiding voor de politieambtenaar om verzoeker staande te houden de door de politieambtenaar geconstateerde belediging was en niets anders dan dat. Vast staat verder dat de politieambtenaar verzoeker uiteindelijk voor een ander feit bekeurde.

De Nationale ombudsman is van oordeel dat de politie hierdoor handelde in strijd met het verbod van misbruik van bevoegdheid

Verzoeker klaagt er verder over dat een met naam genoemde ambtenaar van het regionale politiekorps Utrecht op 7 februari 2005:

- het verkeer waar ook verzoeker aan deelnam in gevaar heeft gebracht door onder andere met hoge snelheid te rijden;

- verzoeker, nadat hij staande was gehouden, zonder respect en onbeleefd heeft bejegend.

Daarnaast klaagt verzoeker erover dat de korpsbeheerder van het regionale politiekorps Utrecht de klacht eerst op 24 april 2006 heeft afgehandeld.

Ten slotte klaagt verzoeker erover dat de korpsbeheerder zijn klacht met betrekking tot de verstrekking van BPS mutaties aan de klachtencommissie niet-ontvankelijk heeft verklaard.

Instantie: Regiopolitie Utrecht

Klacht:

Verzoeker aangehouden voor belediging, terwijl hij uiteindelijk is bekeurd voor niet kunnen tonen van kentekenbewijs; klacht hierover pas op 24 april 2006 afgehandeld; klacht m.b.t. verstrekking van BPS mutaties aan klachtencommissie niet-ontvankelijk verklaard.

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Regiopolitie Utrecht

Klacht:

Verkeer in gevaar gebracht door onder andere met hoge snelheid te rijden; verzoeker zonder respect en onbeleefd bejegend.

Oordeel:

Geen oordeel