Verzoeker en zijn ex-partner ontvingen als ouders van hun minderjarige zoon, een oproep om met hun zoon te verschijnen op het politiebureau in verband met een diefstal. Verzoeker en zoon verkeerden in de veronderstelling dat het om het afleggen van een getuigenverklaring ging. Tijdens een telefonisch gesprek met de politie werd duidelijk dat hun zoon als verdachte werd beschouwd. Verzoekers zoon ging hierop naar het politiebureau, waar hij bij aankomst omstreeks 08.30 direct werd aangehouden. Om 15.15 uur diezelfde dag werd hij in vrijheid gesteld.
Verzoeker klaagt erover dat de politie zijn zoon schriftelijk heeft uitgenodigd op het politiebureau in verband met een diefstal, zonder daarbij duidelijk aan te geven dat hij als verdachte werd beschouwd.
De Nationale ombudsman achtte de gedraging niet behoorlijk, nu in de uitnodigingsbrief geen melding was gemaakt van het feit dat de politie verzoekers zoon wilde horen als verdachte. Verder klaagt verzoeker erover dat zijn zoon van 08.15 uur tot 15.15 uur op het bureau werd vastgehouden, terwijl hij in die periode slechts voor de duur van één uur werd verhoord. De Nationale ombudsman achtte op basis van de informatie van de politie voldoende duidelijk welke acties waren ondernomen gedurende de tijd dat verzoekers zoon vastzat. Verder overwoog de Nationale ombudsman dat het niet onbehoorlijk was dat de politie verzoekers zoon had laten wachten op de dagvaarding.
Verder klaagde verzoeker over de arrestantenverzorging, vooringenomenheid en onheuse bejegening.
Vereiste van actieve en adequate informatieverstrekking: niet behoorlijk
Verbod van onrechtmatige vrijheidsontneming: behoorlijk
Vereiste van correcte bejegening:behoorlijk