Op 29 januari 1945 overleed verzoekers oom in een Duits werkkamp te Rees-Bienen. Op 10 oktober 1951 schreef de minister van Justitie aan de directeur van de Oorlogsgravenstichting dat verzoekers oom aangemerkt werd als politiek onbetrouwbaar. Verzoekers oom was volgens de minister van Justitie lid geweest van de Nationaal Socialistische Beweging (NSB) en had als vrijwilliger voor de Wehrmacht in Finland, Frankrijk en Duitsland gewerkt. Om deze reden is verzoekers oom een eregraf op de begraafplaats in Düsseldorf onthouden. Verzoeker hoorde voor het eerst hiervan in 2003, nadat hij was ingelicht door de journalist V., die de naam van verzoekers oom tegenkwam tijdens onderzoek voor zijn boek.
Verzoeker was van mening dat zijn oom ten onrechte als politiek onbetrouwbaar is aangemerkt en verzocht de minister van Justitie om rehabilitatie. Dit verzoek werd afgewezen. Verzoeker klaagde bij de Nationale ombudsman erover dat zijn verzoek was afgewezen.
De Nationale ombudsman oordeelt dat de minister de afwijzing van het verzoek niet voldoende heeft gemotiveerd. Door verzoeker zijn gegevens naar voren gebracht die tot een andere uitkomst kunnen leiden. Deze gegevens zijn door de minister niet voldoende gemotiveerd weerlegd.
De onderzochte gedraging is in strijd met het motiveringsvereiste.
De minister is in overweging gegeven om het verzoek tot rehabilitatie nogmaals te heroverwegen en daarbij in te gaan op de gegevens die door verzoeker naar voren zijn gebracht.
