Verzoeker ontving een uitkeringsbesluit van zijn zorgverzekeraar. Via dit uitkeringsbesluit informeerde de zorgverzekeraar verzoeker over het feit dat zij een nota aan het ziekenhuis had betaald voor een door verzoeker ondergane behandeling. De nota was ingevolge een overeenkomst tussen het ziekenhuis en de zorgverzekeraar rechtstreeks gezonden aan de zorgverzekeraar.
Verzoeker klaagde er onder meer over dat zijn zorgverzekeraar hem vooraf niet afdoende had geïnformeerd over de overeenkomst en hem niet de mogelijkheid had geboden van de overeenkomst te worden uitgesloten.
De Nationale ombudsman overwoog dat medische persoonsgegevens een `gevoelig' en (extra) beschermingswaardig karakter hebben. Patiënten en verzekerden moeten erop kunnen vertrouwen dat hun medische persoonsgegevens veilig zijn en uitsluitend worden verwerkt door diegenen die daartoe bevoegd zijn. De wetgever heeft dit belang erkend door de verwerking en verstrekking van medische persoonsgegevens slechts in een beperkt aantal gevallen toe te staan. In de onderhavige situatie handelde de zorgverzekeraar op grond van de veronderstelde toestemming van verzoeker op grond van de geneeskundige behandelingsovereenkomst.
De Nationale ombudsman overwoog dat de gegevensverwerking door de zorgverzekeraar niet langer was toegestaan vanaf het moment dat de zorgverzekeraar verzoekers e-mailbericht had ontvangen, waarin verzoeker aangaf niet met de gegevensverstrekking in te stemmen. Door ook na dit moment een nota rechtstreeks te betalen heeft de zorgverzekeraar in strijd gehandeld met de Wet bescherming persoonsgegevens en verzoekers recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer geschonden. In zoverre achtte de Nationale ombudsman de onderzochte gedraging niet behoorlijk.
Overige klachtonderdelen:
- informatieverstrekking over nota's
