Bij brief van 17 maart 2005 ontving verzoeker van de debiteurenadministratie van het facilitair bedrijf van de gemeente Amstelveen de melding dat haar was gebleken dat nog een aantal bedragen openstonden in verband met het graf ten behoeve van zijn in 1996 overleden echtgenote op Zorgvlied. Het ging om de jaren 2000 tot en met 2004 voor de kosten van algemeen beheer en specifiek onderhoud aan het graf.
Verzoeker verschilt hierbij met de gemeente van mening over zijn verplichting bij te dragen in de kosten, voor zover het gaat om de specifieke kosten voor het onderhoud van het graf.
Anno 2006 kan niet met zekerheid worden vastgesteld of verzoeker in 1999 is opgekomen tegen de toen aan hem in rekening gebrachte legeskosten noch of de factuur voor het jaar 2000 door verzoeker per post is ontvangen, zoals de gemeente stelt en verzoeker bestrijdt. Wel staat in dit verband vast dat de gemeente niet in 2000 noch in 2001, ondanks de door haar gestelde ontvangst van de factuur door verzoeker voor het jaar 2000, is overgegaan tot invordering van die factuur en dat de gemeente evenmin direct actie richting verzoeker heeft ondernomen naar aanleiding van de ongeopend retour gekomen factuur voor het jaar 2001. Sterker nog, de gemeente heeft facturering over de jaren daarna, 2002 tot en met 2004, geblokkeerd. Deze handelwijze is in strijd met het vereiste van fair play. Verzoeker is immers door de houding van de gemeente de mogelijkheid ontnomen (tijdig) op te komen tegen de facturen/besluiten van 2001 en van de jaren 2002 tot en met 2004. Met de brief van 17 maart 2005 heeft de gemeente ook voor deze drie jaren feitelijk het invorderingstraject ingezet, terwijl zij erkent dat zij over die jaren geen facturen/besluiten aan verzoeker heeft verzonden.
Onder het beginsel van fair play, burgers de mogelijkheid geven hun procedurele kansen te benutten, is onder meer te verstaan dat een burger de gelegenheid moet hebben om op te komen tegen aan hem of haar in rekening gebrachte aanslagen, in dit geval tegen de legeskosten voor onderhoud aan het graf.
Het college wordt in overweging gegeven om over de periode 2000 tot en met 2004 de leges wegens onderhoud aan het graf oninbaar te (laten) lijden en verzoeker (eventueel) een restantfactuur te doen toekomen voor het algemeen beheer van Zorgvlied over deze periode.
